18 AUGUSTUS 1975 592 planologische werkgroep en in de planologische dienst is lang gediscus sieerd over de vraag hoe ver men de verschillende bestemmingen in het gebied zou mogen gaan. De vraag rees welke grenzen er moesten wor den getrokken, waar nog gewoond kan worden, waar het landschap aan zijn trekken kan komen en in welke delen gewerkt zal kunnen worden. Het is met een plan net als met mensen, er is pas rust en ontspanning als er evenwicht bestaat tussen' draagkracht en psychische draagkracht. Je vraagt je dan af hoe het in dat licht met de Haagse Beemden gesteld is, hoever kan men gaan zonder dat de verschillende vormen van terrein- gebruik met elkaar op gespannen voet komen. Vooral het landschap krijgt daarbij een groot accent in de planvorming, het gebied Haagse Beemden rechtvaardigt zo'n accent. Hoe ver kan men gaan als de signi ficante elementen in het landschap als structuurdrager voor het gehele woonmilieu blijven werken? Vanuit dit uitgangspunt is een plan Haagse Beemden ontwikkeld, is een duidelijk raamwerk getrokken en kunnen duidelijke grenslijnen in het gebied worden getekend. Het IJzeren Hek met de Burgstse dreef en de Burgst zijn de belangrijkste elementen in het plan en ik heb al ge zegd dat deze elementen in elk plan dat tot nu toe is gemaakt als geïso leerde onderdelen beschouwd moesten worden als gevolg van de wegen- structuur. Wij hebben vanuit de volgende uitgangspunten dit plan gemaakt. Het plan moet voorzien in een uitbreiding vanuit de stad Breda, waarin een gelijkwaardig woonmilieu moet kunnen worden aangeboden als in de suburbane kernen het geval is. Het plan moet bijdragen tot stedelijk e- venwicht tussen Breda-Zuid en Breda-Noord. Breda-Zuid kent vooral kleinschalige uitbreidingen terwijl Breda-Noord één betrekkelijk groot schalige uitbreiding kent. Wij willen aan dit gebrek aan evenwicht iets doen door het plan voor de Haagse Beemden veel minder grootschalig op te zetten. Wij streven ernaar de Haagse Beemden een gebied te doen zijn, waarin afgeronde gebieden kunnen worden onderkend waarin wordt gewoond of gewerkt of waarin het landschap op de voorgrond staat. Het gaat om een plan met een veel minder sterke hiërarchische opbouw; het gaat om een wijk met een "federatie" van buurten, wijk met een "federatie" van buurten. Het plan zal voorts moeten voorzien in een zo groot mogelijke integratie, van functies voor zover deze elkaar verdragen. Hiervoor ko men allereerst in aanmerking kantoren, scholen, kwekerijen, sportpar ken, volkstuinen en dergelijke. In het verleden werden deze functies te veel in hoeken en aan de randen weggestopt en wij hebben nu getracht een plan te maken waarin deze functies als een integrerend onderdeel van het wonen terecht zijn gekomen. Ook integratie van anderssoortige bedrijven is mogelijk, maar daarbij is behoedzaamheid geboden en er zal een sterk selectief beleid moeten worden gevoerd. Het plan Haagse Beemden zal moeten worden gefaseerd en die fasering, die door de raad altijd sterk is beklemtoond, hebben wij in het plan gebracht. Wij hebben niet zoals in het verleden een totaalplan met afrondingsmogelijkheden opgesteld, wij hebben ernaar gestreefd een plan op te stellen dat op elk moment tijdens de uitvoering kan worden afgerond en dat dan evenwichtig kan worden achtergelaten. "Op elk mo ment" moet goed worden verstaan, want in het gebied zal bij een af ronding natuurlijk een zeker minimum aantal inwoners moeten wonen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 592