603
18 AUGUSTUS 1975
eerste buurt interessant kan worden. Ook dit is een programmapunt dat
in de eerste fase een extra accent moet krijgen.
De heer TUMMERS: Ten slotte wil ik snel een globale beschrij
ving van het plan geven. Het gaat hier om een structuurplan en dat plan
vertegenwoordigt intensief werk. Wij willen het plan nu even doorlopen.
De woonbestemmingen hebben aanleiding gegeven tot het schep
pen van een zeer grensrijk milieu. Sommige woonbuurten zijn extra ex
tensief, zij kijken zowel in het buiten- als in het binnenbuitengebied.
Zij liggen met een enorm ontwikkelde grens aan de centrale natuurzo-
ne en aan de andere kant aan de ontsluitingszijde, de hoofdverzamel-
wegen van het plan. In januari is, voor het werk aan het structuurplan
begon, een deelwijziging voorgesteld voor dingen die toen snel aan de
kwamen. Het oude plan bevatte een weg die zich noord-zuid zou voort
zetten. Deze weg zou een splitsing hebben aangebracht tussen industrie
gebied en woongebied. Daarop is geprobeerd om de hinder van de weg
te bestrijden door hem door het industriegebied te leiden naar de Boer-
lagebrug. Daardoor is een principe gei'ntroduceerd waarin met een dun
ne buffer een aansluiting is verkregen tussen woon- en werkgebieden.
Voor zo'n werkgebied moet een hoge waarde van coëxistentie met het
woongebied en een hoge relevantie worden gezocht. Terreinen voor op
slag of voor industrie met weinig arbeidsplaatsen per oppervlakte-een
heid kunnen niet worden geplaatst naast het woongebied. Dit thema is
eigenlijk naar de westzijde voortgezet. Ook hier is een ontsluiting van
buitenaf en er is daar sprake van hinder van de rijksweg. Daarom is ge
probeerd een eerste zone de klap te laten opvangen. Daardoor ontstaat
het effect dat de woongebieden een grens naar binnen hebben waar een
goed milieu ontstaat. Aan de buitenzijde vindt men de ontsluitingswe
gen en de werkgelegenheid zodat het plan meer is dan alleen een woon
plan.
Ik behoef nu niet te spreken over de differentiatie, daarvoor
zal wellicht latèr tijd en ruimte beschikbaar zijn. Het gaat hier om een
plan met gigantische differentiatiekansen en ik meen dat een milieu
thema al direct kan voortkomen uit de bodemgesteldheid en de daarmee
samenhangende beplantingen. Ik denk aan wilgen en populieren tegen
over eiken en beuken. Dat zijn verschijnselen die zich al direct aandie
nen als gevolg van de bodemgesteldheid.
De faseerbaarheid krijgt bij dit plan natuurlijk zeer grote kan
sen. De voorzieningen hebben in dit plan ook andere mogelijkheden dan
in het thans nog geldende plan. De gevolgen van het plan voor de voor
zieningen kunnen belangrijk zijn. De voorzieningen zijn namelijk niet
centralistisch gedacht. Er is niet naar gestreefd om alle voorzieningen
die men in een moderne woonwijk aantreft bij elkaar te vegen en er in
het midden van het plan een gigantische knoop van te maken. Vanwe
ge de faseerbaarheid en de differentiatie in het milieu is er gedacht aan
verschillende centra. Vanuit het structuurplan willen wij over die voor
zieningen een uitspraak doen die wordt meegegeven aan de bestemmings
plannen. Juist in dit plan is het interessant de voorzieningen in twee
soorten te onderscheiden, namelijk voorzieningen in een groot winkel
centrum, waar kapitaal aan te pas komt en waar auto's kunnen komen
voor bevoorrading en voor klanten. Daarbij gaat het om voorzieningen