19 AUGUSTUS 1975
649
kunnen ontnemen er te gaan wonen. Ik vind dat een volstrekt onbewe
zen stelling en de heer Houben kan dat niet waarmaken, zelfs niet met
35 respondenten op een binnenstadsenquête.
Ik heb gezegd dat een gesprek met alle Bredanaars een moeilij
ke zaak is en ik geloof zelfs dat het voor ons fysiek onmogelijk is. De
heer Houben moet het niet zodanig begrijpen alsof ik er voorstander van
ben over de inrichting van de Halstraat tot voetgangersgebied met alle
Bredanaars te gaan praten.
Het uitroepen van 1976 tot jaar van de voetganger kan door het
college in welwillende overweging worden genomen voor zover het er
iets over heeft te zeggen.
De heer HOUBEN: De meerderheid van de fracties van PvdA en
PPR is tegen het voorstel, ook vanwege de geringe bereikbaarheid met
behulp van het openbaar vervoer en voor minder validen. Zij is ertegen
vanwege de verdere vercommercialisering, waardoor met name de
woonfunctie onmogelijk wordt gemaakt. Een minderheid van onze frac
tie is van oordeel dat elk gebied dat als voetgangersgebied kan worden
vastgelegd ook als zodanig moet worden ingericht.
Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt in stemming
gebracht en met 25 stemmen voor en 10 stemmen tegen aangenomen.
VOOR stemmen: de heren Van Dongen, De Raaff, Van Graafei-
land, Sandberg, Visser, Lambregts, Van Duijl en Eissens, mevrouw Van
Rooij en de heren Broeders, Brummelkamp, Kramer, Van den Wijn
gaard, Ten Wolde, Van Asseldonk, Van Banning, Veelenturf, Suur-
meijer, Dees, Goos, Taks, Oomen, Van Dun, Geene en Koertshuis.
TEGEN stemmen: de heren Van Male en Dreef, mevrouw Stut-
terheim, de heren Welschen, Hendriksen, Houben en Crul, mevrouw
Paulussen en de heren Jongeneel en Martens.
39. bijlage nr. 248
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET
VERHOGEN VAN DE GEMEENTELIJKE GARANTIE AAN DE BBA
VOOR DE EXPLOITATIE VAN DE STADSAUTOBUSDIENST OVER
1974.
De heer HOUBEN: De federatie van fracties van PvdA en PPR
vindt het plezierig te constateren dat in het preadvies in formele zin
als gevolg van opmerkingen in de commissie op twee punten wijzigin
gen zijn aangebracht. Eén van deze punten betreft de laatste zin op de
eerste pagina waar nu het woordje "vooral" is toegevoegd. Nu staat er
dat de kostenstijging vooral te wijten is aan buiten de invloedssfeer van
de BBA gelegen oorzaken. Het gaat hier dus om exogene of externe fac
toren. Wij blijven bij deze exogene factoren vraagtekens plaatsen als
ook bij het feit dat u dit overneemt in uw preadvies. Naar onze mening
hebben interne factoren, buiten enkele externe factoren, een rol ge
speeld. De BBA heeft die interne factoren zelf ook aangegeven. De BBA
wijst erop dat er een verschuiving heeft plaatsgevonden in de kaartver
koop ten gunste van een goedkoper abonnement, hetgeen wij op zich-