19 AUGUSTUS 1975 661 Er wordt ook gesteld dat de thans voorliggende nieuwbouwplannen ge heel passen in het vaste geheel van de voor het onderhavig gebied aan gegeven facetten. Het plan is nog in discussie, het is een idee van de binnenstads- stuurgroep. Die stuurgroep zegt in hetzelfde rapport op pagina 9 dat er aan de kop van de Veemarktstraat ook bewoningsmogelijkheden denk baar zijn, met name van de z. g. bijzondere categorieën. Waarschijn lijk wordt hier al een stuk besluit genomen door de adviseurs en een deel van het gemeentelijke ambtelijke apparaat zonder dat de raad daarin is gekend. Dat is niet het enige. Wij hebben ook het derde argument met betrekking tot de subsi die van de zijde van de DACW voor de tweede fase nader bezien. Wij hebben in de stukken nagegaan of er vroeger al sprake is geweest van een tweede fase, maar wij hebben dat niet kunnen vinden. Er is gezegd dat met de Catharinastraat zou worden begonnen en dat alle volgende plannen in aparte preadviezen aan de raad zouden worden voorgelegd. Er is bepaald niet gezegd dat de tweede fase zou bestaan uit het creëren van huisvesting voor de sociale dienst en de afdeling bevolking. Daar bij is ook niet aangegeven dat zij zouden worden gesitueerd aan de kop van de Veemarktstraat. Al met al hebben wij in februari geen gefaseerd besluit genomen. Wij hebben toen globaal een besluit ten bedrage van 18 miljoen genomen, zonder nog over een verdere fasering te spre- en, want daarover waren toen nog geen gegevens voorhanden. Wij hebben in de commissie voor ruimtelijke ordening begrepen dat op een gegeven moment vanuit Den Bosch een telefoontje is geko men met de mededeling dat Breda eigenlijk te weinig plannen had in gediend. Er werd toen meegedeeld dat er nog mogelijkheden waren in het kader van de DACW extra werk in te dienen. Daarop heeft men op eigen initiatief deze tweede fase ingediend en nu worden wij voor het blok gezet. Het plan moest voor 15 juli worden ingediend, want volgens de regels moet 47 van de zaak al zijn voorbereid. Dat betekent dat wij dit plan voor een deel in de pijpleiding hebben gestopt voor de uit kering van de DACW. Dit is een zeer mistige zaak, want ik heb met allerlei instanties van de DACW gebeld in Rijswijk, met de directeur- -generaal van de arbeidsvoorziening en met verschillende instanties in Den Bosch. Het plan was heel moeilijk terug te vinden omdat het valt onder de kop "uitbreiding van de secretarie aan de Catharinastraat". Het was zo mistig dat ik op een gegeven moment zelfs de wethouder heb moeten bellen met de vraag of er inderdaad een toezegging was verkregen. Wethouder VAN DUN: U had eerder moeten bellen, dan had u eerder antwoord gekregen en bovendien telefoonkosten bespaard. De heer HOUBEN: Het lijkt mij toch goed eigen informatie te verkrijgen. De raad heeft ook een controlerende taak. In ieder geval is vanuit Den Bosch een initiatief gekomen en kennelijk is het werkgelegenheidsbeleid -- het gaat hier om bestrijding van de werkloosheid in de bouw -- niet actief genoeg geweest om de raad tijdig te informeren over de plannen die men op dit punt wilde in dienen. Een volgend punt betreft de advisering door de welstandscommis-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 661