19 AUGUSTUS 1975
673
iets aan dit probleem moeten gaan doen. Als wij deze beide zaken met
elkaar combineren, komen wij al heel spoedig op een huisvesting aan de
kop van de Veemarktstraat. De sociale dienst heeft een dienstverlenend
karakter voor de burgerij en dan dient al spoedig te worden gekozen voor
een centrale plaats in de binnenstad die daarop inspeelt. Bij centralisa
tie spreken wij binnen de gemeentegrenzen over afstanden die met het
openbaar vervoer behoorlijk goed zijn te overbruggen en die zelfs op de
fiets gemakkelijk in 15 minuten kunnen worden afgelegd. Voor de be
langen die de burger bij de sociale dienst heeft te behartigen kan dan
van een bereikbare plaats worden gesproken. Decentralisatie zou geen
extra verbeteringen voor de dienstverlening betekenen. Decentralisatie
is ook geen verbetering voor het intern functioneren van de dienst. Ver
korting van de afstanden brengt met zich mee dat de diensten onderling
goed gecoördineerd kunnen werken. Bovendien wordt daardoor het onder
ling contact tussen de gemeentelijke diensten bevorderd en een dergelijk
contact vraagt een korte afstand. Ook bij een efficiente werkwijze heeft
de individuele burger direct belang, hij betaalt immers belasting aan
de gemeente.
De derde vraag die aan de orde komt luidt of deze bouw inpas
baar zal zijn in het binnenstadsplan. Het gebouw is inpasbaar in de uit
spraak over de centralisatie, wij hebben het sterke gevoel dat er geen
fundamenteel verzet is omdat het plan duidelijk inspeelt op menging
van een aantal functies. Men kiest in de binnenstad voor een verzorgings
functie door onder het plan een winkelgalerij te creëren. Door plaatsing
aan de rand van de binnenstad wordt een goede bereikbaarheid via het
openbaar vervoer verkregen. De Beyerd/Vlaszak is de plaats die door het
openbaar vervoer van de BBA het drukst wordt bezocht en dat is een dui
delijk positief punt. Als centraal ontmoetingspunt kan in deze stedelij
ke opbouw een café worden gepland.
Wat is de inspraak geweest en welke bezwaren hebben in de com
missie gemeentelijke huisvesting een rol gespeeld? Er zijn opmerkingen
gemaakt over het kleinschalige karakter van de bebouwing. De heer
Houben heeft de brief van het Comité Behoud Binnenstad enigszins ver
keerd geïnterpreteerd. In de brief zijn opmerkingen gemaakt met be
trekking tot die huisvesting, tot de aanpassing aan de bestaande bebou
wing en tot de raamindeling in relatie tot de Witte Wijngaard. De heer
Houben voert dan aan dat op pagina 2 van de brief staat -- hij haalt er
de hardste woorden uit -- dat de plannen desnoods moeten worden afge
wezen ondanks de stok achter de deur van de DACW. Deze zin is een
reactie op een aantal opmerkingen over details, waarin tot uitdrukking
komt dat de totaalindruk van het gebouw niet past bij de bestaande bouw.
Dat wil niet zeggen dat het comité de bouw ter plaatse fundamenteel
afwijst. Het comité pleit duidelijk voor een aanpassing van de bebou
wing. Dit is een punt dat voor onze fractie zwaar weegt. Wij beseffen
dat in de verschillende commissies de mogelijkheden om te reageren
op ruimtelijke plannen, op zaken die wij in de commissie gemeente
lijke huisvesting ad hoe hebben gezien --de kennisneming van 26 juni
-- vrij beperkt zijn geweest. Wij kunnen in het voorstel zien dat er nog
geen definitief advies van monumentenzorg is verkregen. Wij willen
die kwestie degelijk in de overwegingen betrekken, want wij moeten de
nieuwbouw sterk aanpassen aan de bestaande bebouwing. Mijn fractie
vraagt van de wethouder dan ook de duidelijke toezegging dat de vorm-