678 19 AUGUSTUS 1975 continuïteit, na het project Catharinastraat, te bewerkstelligen. Er is een brief dienaangaande aan de voorzitter van de provinciale commis sie verzonden. Ik vind het bijzonder plezierig dat er alert is gereageerd, dat wij alert hebben gereageerd en dat er voor de fase na de Catharina straat 4 miljoen werk in 1976 kan worden aanbesteed. Daarin zal voor 61°/o of een bedrag van 2, 7 miljoen worden gesubsidieerd. Er was informatie aan de raad, de DACW heeft volop Bredase aanvragen en het is duidelijk dat nog niet eerder is besloten de gebouwen voor de sociale dienst en de afdeling bevolking te realiseren. Dat ge beurt vandaag voor een gedeelte en vervolgens in een vervolgbesluit dat de raad in de komende maanden zal worden voorgelegd. De heer Houben heeft een wat ongenuanceerde opmerking over de welstandscommissie gemaakt. Hij heeft zich beperkt en ik zal mij in mijn reactie eveneens beperken. Ik geef graag toe dat de welstands commissie voor uw raad en ook voor het college vaak een enigszins moei lijk gezelschap is, maar ik moet vragen wat of wie de welstandscommis sie zou zijn als zij niet moeilijk was. De welstandscommissie mag best een steen des aanstoots zijn, zij mag ons best dikwijls moeilijke advie zen geven, en ik ber er gelukkig mee dat het college de mogelijkheid heeft van de adviezen af te wijken. Ik heb groot respect voor het werk dat deze commissie twee maal per week doet. Bovendien moeten wij niet vergeten dat de leden van deze commissie door de raad zijn en wor den benoemd. Nu wij over welstand spreken kom ik meteen aan het punt monu mentenzorg waarover de heren Houben, Van Banning en Ten Wolde heb ben gesproken. Het verhaal ten aanzien van monumentenzorg begint, voor zover het om het huidige onderwerp gaat, wat het college betreft op het moment waarop monumentenzorg akkoord is gegaan met de sloop van de panden op de kop van de Veemarktstraat. Er zijn toen met mo numentenzorg drie afspraken gemaakt, namelijk dat het college op die plaats herbouw zou bevorderen, dat die herbouw zich zou afspelen bin nen de rooilijn van de Veemarktstraat, dat de bouw zich qua uiterlijke vormgeving goed zou verhouden met de bestaande bebouwing in de Vee- marktstraat en dat er over het plan overleg zou worden gepleegd met mo numentenzorg. Dat overleg is en wordt gevoerd. De ambtenaren die het overleg voor hun rekening hebben genomen hebben wij laten weten -- de commissie voor ruimtelijke ordening weet dat ook -- dat verwacht mag worden dat monumentenzorg met een positief advies zal komen, nadat het advies van de welstandscommissie, dat in de beoordeling van monumentenzorg meespeelt, ook positief is. De ambtenaar van monu mentenzorg zal aanstaande vrijdag, als hij terug is van vakantie, een volgend contact met onze ambtenaren hebben. Wij hopen dan van mo numentenzorg te horen dat de bouw een goede zaak is. De heer Ten Wolde heeft gezegd dat zijn fractie daarop graag een zienswijze zouden hebben vanuit de commissie ad hoe gemeente lijke huisvesting en openbare werken. U krijgt uiteraard in ae beide com missies informatie over het uiteindelijk advies van monumentenzorg. In dat advies ligt de toetsing of wij voldaan hebben aan de desiderata die monumentenzorg enkele jaren geleden heeft gesteld. Als de toetsing positief uitvalt zal het proces verder een autonoom verloop hebben, als ook de raad positief beslist.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 678