19 AUGUSTUS 1975
683
stige gemeentelijke projecten. Het was een brief van één architecten
bureau. Ik heb de heer Van Banning ook al de garantie gegeven dat de
ambtenaren hebben meegedacht over het programma van eisen en dat
zij in alle geledingen enthousiast zijn voor de huisvestingsmogelijkheden.
Terecht merkte de heer Van Banning op dat er niet moet worden
gebouwd alleen ter wille van de werkgelegenheid. Er dient verantwoord
te worden gebouwd met een doelstelling in de beleidsuitgangspunten op
een plaats die verantwoord is. Het is belangrijk dat wij daarmee de werk
gelegenheid dienen.
Ten aanzien van de reacties in het verslag van juni heeft de
heer Van Male al geantwoord. Hij is de enige die afwijkend heeft ge
reageerd op de informatie die daar was opgenomen. Hij heeft niet al
leen verwezen naar de discussienota, maar hij heeft ook gevraagd het
functioneren van de commissie ad hoe gemeentelijke huisvesting in een
volgende vergadering aan de orde te stellen.
Het is plezierig te constateren dat de heer Van Banning in het
programma van eisen, met name van de sociale dienst, maar ook in het
programma van het bureau bevolking, de benadering van de cliënt cen
traal stelt. Ik vind het van de architect een bijzonder knappe prestatie
uit de dialoog met de beide groepen tot een conceptie komen waarin de
benadering van de cliënt een zeer waardevolle positie inneemt.
In het totale objectenbestand van 18 miljoen zit nog steeds
een bedrag van X 2 miljoen voor de toenmalige parkeergarage onder
het stadserf, welke door het college is teruggenomen. Wij willen het
bedrag van X 2 miljoen behouden voor een parkeersituatie die samen
hangt met een zo grote hoeveelheid ambtelijke diensten in de binnen
stad. Dit betekent dat er een oplossing voor moet komen, dat het bedrag
zal moeten worden besteed en dat in het verkeerscirculatieplan, dat aan
het einde van het jaar zal verschijnen, het parkeerprobleem is inbegre
pen.
De heer Van Banning en de leden van de commissie voor ruim
telijke ordening zijn geïnformeerd over de onmogelijkheid van het bou
wen van een parkeergarage onder dit object. Het gaat er niet om of
zo'n voorziening wenselijk is, het is eenvoudig onmogelijk een onder
bouw voor auto's te creëren omdat wij dan dwars door het grote histo
rische stadsriool zouden moeten gaan. Ik zou ook voor dat monument
enige aandacht willen vragen.
De vraag naar de gang van zaken met de DACW-subsidies in de
volgende jaren heb ik al uitvoerig beantwoord.
De heer Ten Wolde heeft de gevraagde toezegging met betrek
king tot monumentenzorg gekregen. Ik vihd dat de heer Ten Wolde in
zijn pleidooi terecht heeft gewezen op de centrale plaatsing van het
ambtelijk apparaat. Wij zijn daarvan uitgegaan. Ik ben het met hem
eens als hij aanvoert dat de procedure beter had kunnen zijn, maar ik
hoop dat ook zijn fractie zicht heeft op de problemen die hierbij komen.
Ik heb al gewezen op de commissie voor culturele zaken waar
de heer Oomen op wees en tenslotte wil ik tegen mevrouw Stutterheim
en anderen die hebben gesproken over inschakeling van de commissie
voor maatschappelijke dienstverlening zeggen dat wij ons afvragen of,
wat is gebeurd in die commissie, wel de manieren zijn. Als er een ge
bouw voor ambtenaren en cliënten wordt gebouwd, als er een groot
enthousiasme bij de bevolking van de dienst bestaat, als alle eisen die