18 SEPTEMBER 1975
726
42. Bijlage nr. 289
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT
VERDAGING VAN DE VASTSTELLING VAN DE PARTIëLE
HERZIENING 1974/1 VAN HET BESTEMMINGSPLAN BRA
BANTPARK D1961 (HOOGEIND-EPELENBERG).
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten.
43. Bijlage nr. 291
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS MET
BETREKKING TOT DE "STICHTING BREDA UNIE VAN
ORANJESTEDEN", INHOUDENDE:
EEN HERORIËNTATIE OVER DE REALISERING VAN DE DOEL
STELLING EN HET BENOEMEN VAN EEN AANTAL NIEUWE
LEDEN.
De heer OOMEN: In dit voorstel is niet alleen de benoeming
van een aantal nieuwe leden maar ook een heroriëntatie in het geding.
Dit is de reden dat de federatie van fracties van P. v. d. A. en P. P.R.
hierover enkele opmerkingen wil maken. Wij zijn er volstrekt niet te
gen dat een aantal Bredanaars zich in vier Europese steden inclusief
Breda -- plezierig vermaakt, maar wij kijken toch een beetje anders
tegen dit voorstel aan. Ik wil even de geschiedenis van deze stichting
in herinnering brengen: op 31 augustus 1963 zetten enkele "hoogweledel-
geboren heren" in de Grote Kerk hun handtekening onder de stichtings
akte van dit gezelschap. Zij wilden dit, zoals dat in die tijd en op die
plaats paste, met een prachtige ganzeveer doen, maar zij slaagden daar
in niet, zodat de heren hun achttien karaats gouden vulpen moesten ge
bruiken. Daarmee paste men zich enigszins aan de toenmalige tijd aan,
want een vulpen was een simpel gebruiksvoorwerp. Misschien zou het
tegenwoordig met een balpen gebeuren.
De doelstelling die in 1963 werd geformuleerd is in de stich
tingsakte niet veranderd. Nu in het ter tafel liggende voorstel van
b. en w. ideeën over een nieuwe aanpak en over de werkwijze van de
stichting worden gespuid, moet ik erop wijzen dat dit helemaal geen
nieuw geluid is. Hier is een verbreding van een enigszins elitair clubje
in het geding, maar daarover is al verscheidene malen gesproken. In
dit verband zou ik enkele opmerkingen willen aanhalen die in het toen
tertijd verschijnende tijdschrift "De Oelaat" zijn gepubliceerd. Over
de toen pas optredende burgemeester Merkx werd opgemerkt: "Hij
sprak bij zijn eerste optreden als Bredaas burgervader in Oranjeverband
de volgende historische woorden: "Op welke wijze kan de Unie voor
een bredere schare aanvaardbaar worden gemaakt?" De heer Merkx mist
duidelijk de historische achtergrond die de andere Unie-mannen wel
hadden, de wetenschap te moeten opboksen tegen een muur van wan
begrip en onwetendheid bij de Bredase bevolking, die meer relativeert
dan menige enthousiaste stadsbestuurder wel vreest. Burgemeester
Merkx had nog hoop op verbetering van de failliete boedel, vergeefs
naar zal blijken.
De heer VAN ASSELDONK: Zou ik mogen vragen wie de