16 OKTOBER 1975
739
telijk niveau slechts een zeer geringe bijdrage kan worden geleverd. Ik
meen dan ook dat het niet verstandig zou zijn over deze kwestie diep
gaand met elkaar te discussieren voordat de rijksbegroting is behandeld.
De VOORZITTER: Dit zijn enkele standpunten. Ik zou de
heer Van Male willen vragen of hij niet bereid is -- gezien alle activi
teiten van het college -- van een preadvies over deze brief af te zien.
De heer VAN MALE: Als u een preadvies zoudt uitbrengen,
zouden wij tevens de mening van de gehele raad over dit onderwerp
weten. Die interesseert mij natuurlijk zeer sterk.
De VOORZITTER: Wethouder Van Graafeiland, tot wiens
portefeuille dit onderwerp behoort, zal namens het college reageren.
Wethouder VAN GRAAFEILAND: Ik meen dat het college
zich kan aansluiten bij het standpunt dat door de heren Geene en Ten
Wolde is ingenomen. De ter tafel liggende brief is een onderstreping
van de ernst van de situatie. Het college rekent de opvattingen over de
ernst van de situatie tot de zijne en het neemt naar ik meen de maatre
gelen die op het gebied van de gemeente kunnen worden genomen.
Mijns inziens is het niet noodzakelijk over deze brief een afzonderlijk
preadvies uit te brengen.
De heer VAN MALE: Mijnheer de voorzitter. U zei zojuist
dat het onderwerp op het terrein van de wethouder van economische za
ken lag, maar de inhoud van de brief gaat verscheidene wethouders en
eigenlijk ook de gehele gemeenteraad aan. Mijn basis is dat er een
uitspraak van alle leden over dit onderwerp zou kunnen komen.
De VOORZITTER: Wat is uw voorstel?
De heer VAN MALE: Ik handhaaf mijn verzoek tot het uit
brengen van een preadvies.
De VOORZITTER: Het lijkt mij het beste dat verzoek in
stemming te brengen. De heer Van Male heeft voorgesteld het college
van burgemeester en wethouders een preadvies over het ingekomen stuk
A 2 te laten uitbrengen.
Het voorstel van de heer Van Male wordt hierna in stemming
gebracht en met 19 tegen 12 stemmen verworpen.
TEGEN hebben gestemd: de heren Van Banning, Veelenturf,
Van Dun, Goos, Van Asseldonk, Van Graafeiland, Sandberg, Broeders,
Geene en Ten Wolde, mevrouw Koek-Van Merkom, de heren Taks,
Van Dongen, De Raaff, Visser, Gielen en Van Duijl, mevrouw Van
Rooij-Van den Heuvel en de heer Suurmeijer.
VOOR hebben gestemd: de heren Jongeneel, Brummelkamp,
Kaarsemaker en Beckers, mevrouw Paulussen, de heren Welschen,