16 OKTOBER 1975 763 34. bijlage nr. 309 MEDEDELING VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OM TRENT DE HUISVESTING VAN DIVERSE SCHOLEN IN HET SCHOOLJAAR 1975/1976. De heer WELSCHEN: In de commissie is over deze medede ling reeds tamelijk uitvoerig gesproken, zodat ik er in de raad slechts zeer kort op wil terugkomen. In de eerste plaats kan ik mededelen dat mijn groepering dit een leuke informatieve notitie vindt en verheugd is dat er actief be leid wordt gevoerd om de lokalen een zinvolle functie te geven. In dit kader kan men twee vragen stellen. In de eerste plaats kan men vra gen of de lokalen ook buiten onderwijsverband kunnen worden benut. De wethouder heeft gezegd dat hij daarover een nota zal laten verschij nen, hetgeen wij zeer plezierig vinden. De tweede vraag was; is het op een bepaald ogenblik misschien mogelijk door het creëren van sa menwerkingsscholen een zinvolle bestemming aan de verschillende be staande lokalen te geven? Dat punt zal in de commissie opnieuw aan de orde komen en het is dan ook niet het punt waar ik het nu iets uitvoe riger over wilde hebben. Beide punten wilde ik echter wèl even noe men. Een onderwerp dat voor onze fracties een nogal groot be lang zou kunnen hebben is het volgende. Uit de ter tafel liggende me dedeling blijkt dat het aantal schoollokalen dat Breda rijk is in bepaal de wijken te groot wordt, doordat het leerlingenaantal scherp terugloopt. In de aanhef van de aanbiedingsbrief bij de begroting wordt opgemerkt dat er zal moeten worden nagedacht over een eventueel veranderen van het scholenbestand naar aanleiding van het teruglopen van het aantal leerlingen. Er moet derhalve overleg worden gepleegd en worden be studeerd welke scholen zouden moeten worden "afgebouwd". Daarbij komt een lange serie vragen aan de orde. Eén van die vragen is, of er bij die "afbouw" voldoende kan worden bekeken of de verschillende levensbeschouwelijke richtingen mogelijkheden hebben om over de ge hele stad gespreide onderwijsvoorzieningen te bewaren. Met betrekking tot katholieke scholen, scholen die gebaseerd zijn op een protestants- -christelijke levensovertuiging, bijzonder neutrale scholen of openbare scholen dient -- daarover zullen wij het naar ik meen allen eens zijn met de uiterste zorg te worden gehandeld, zowel wanneer het stichten van scholen in nieuwe wijken in het geding is als wanneer in wijken waar het leerlingenaantal sterk terugloopt het opheffen van scholen ter sprake komt. In dit kader hebben wij in de commissie wat "gestoeid" over de vraag hoe men er nu precies toe zou moeten komen te voorspel len dat in een bepaalde wijk bepaalde scholen wèl een voldoende aan tal leerlingen zullen hebben en andere scholen niet. Wij waren het over een groot aantal punten eens, maar wij waren het niet eens over de vraag of de methode die op dit ogenblik wordt gevolgd wel zorgvuldig genoeg is. De VOORZITTER: Mag ik u even onderbreken? Ik heb hier vóór mij de mededeling van burgemeester en wethouders omtrent de huisvesting van diverse scholen in het schooljaar 1975/1976. In dit stuk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 763