859 13 NOVEMBER 1975 3. Hoe ver is de sociografische dienst gevorderd met het onder zoek naar de behoefte aan huizen voor alleenstaanden, tweepersoons huishoudens en dergelijke in de nota genoemde groepen? 4. Hebben b. en w. nader onderzocht wat precies de functie en taak zal zijn van de stuurgroep waarvan in de nota van de heer Van Dam sprake is? Mevrouw STUTTERHEIM-EDELING: Ik ben mij ervan bewust dat ik namens een zeer kleine minderheid spreek -- maar toch niet ge heel S titre personnel als ik u dringend vraag voor de marathonzit ting van de komende week de instelling van een gedeeltelijk of mis schien wel volledig verbod van het roken in de vergadering te overwe gen. Zelf heb ik bijzonder veel last van het roken in de vergaderingen en het is mij bekend dat er meer raadsleden zijn die zelf niet roken en er last van ondervinden. Ik zou u dringend in overweging willen geven in ieder geval bij de algemene beschouwingen het roken totaal te ver bieden en overigens een regeling te treffen waardoor het ook voor de niet-rokers mogelijk blijft de vergaderingen geheel uit te zitten zonder zich daar ziek en akelig bij te gaan voelen. De VOORZITTER: Wij zullen er ernstig aan denken. De heer HENDRKSEN: Weer een signaaltje uit de binnenstad. Bij een artikel in "De Stem" van 31 oktober werd ons een foto getoond ■van een achttiende-eeuws pand -- Haven 20 -- dat al tien jaar leeg staat en aan het verkrotten is. De eigenaar heeft geen mogelijkheden om daar iets aan te doen. Hierover willen wij de volgende vragen stel len, 1. Welke stappen kunnen b. en w. ondernemen om verdere ver krotting tegen te gaan? 2. Welke stappen kunnen b. en w. ondernemen om de restaura tie en bewoning van dit pand te bevorderen? Wij denken daarbij aan een eventuele aankoop van het pand. De heer EISSENS: Als roker wil ik mevrouw Stutterheim enigs zins tegemoet komen. Men zou misschien, om degenen die roken dat wat minder te laten doen, er iets tegenover kunnen stellen door tijdens de marathonzitting af en toe iets hartigs aan te bieden. Ik moet name lijk van tijd tot tijd naar de bakker aan de overkant en op deze wijze zou een kleine compensatie kunnen worden geboden. Mevrouw STUTTERHEIM-EDELING: Wij zouden misschien ook lolly's kunnen uitdelen.' De heer DREEF: De fracties van de Partij van de Arbeid en de P. P.R. hebben er kennis van genomen dat bij de Internationale Kunst- stoffenindustrie in Breda volgens de leiding van de onderneming de structurele problemen in de folieproducerende industrie zó groot zijn, dat er geen perspectief meer aanwezig wordt geacht om uit de verlies gevende situatie te komen. Dit heeft tot gevolg dat de werkgelegenheid van 114 werknemers in gevaar is gekomen. Wij willen b. en w. hier-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 859