86
13 FEBRUARI 1975
De VOORZITTER: B. en w. stellen voor de heren Dees, Geene,
Kramer en Welschen aan te wijzen tot lid en de heren Ten Wolde.Van
Banning, Goos en Kaarsemaker aan te wijzen tot plaatsvervangend lid.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt over
eenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten,
32, bijlage nr. 67
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS NAAR AAN
LEIDING VAN DE ONTVANGST VAN DE BELEIDSNOTA OVERDE
JAREN 1975-1984 VAN DE OPENBARE BIBLIOTHEEK BREDA.
De heer VISSER: Mijn fractie stemt er mee in dat het college met
waardering kennis heeft genomen van de inhoud van de beleidsnota over
de jaren 1975-1984 ten aanzien van de openbare bibliotheek alhier. Wij
achten deze nota een voorbeeld voor al degenen die de opdracht krijgen
beleidsnota's over een langere termijn samen te stellen. Ook wij kunnen
in grote lijnen instemmen met de inhoud van deze nota en wij zijn het
er mee eens dat b, en w. onze waardering kenbaar maken aan de com
missie ex artikel 61 openbare bibliotheek Breda.
Het is hier niet nodig op het grote gewicht van een openbare bi
bliotheek in het "welzijnsveld" van een samenleving van meer dan 100,000
zielen re wijzen; dit gewicht is immers wel bekend. Daarom is het bij
zonder verheugend dat in de nota een grandioze groei in het aantal in
geschreven lezers wordt geconstateerd, terwijl voorts het aantal uitle
ningen en het aantal bezoekers van de studiezaal is toegenomen en het
boekenbestand is uitgebreid. De gehele nota moest in dit verband in de
vergrotende trap worden geschreven, met uitzondering van het vrijwel
volledig gemis van een centrale accommodatie. Overal verrijzen nieu
we bibliotheekgebouwen uit de grond, maar Breda heeft alleen maar plan
nen en programma's.
Ik wil nog eens een keer herhalen wat de heer Sandberg heeft ge
zegd toen hij nog geen wethouder was, hetgeen overigens natuurlijkwel
enig verschil met nu maakt. Hij heeft in het verleden gezegd dat de ac
commodatie van de bibliotheek ten hemel schreiend was voor een basis
voorziening van een tamelijk grote proportie. "Ten hemel schreiend"
wil zeggen dat men met de verbetering liever vandaag dan morgen moet
beginnen. Ook wij hebben in ons program op het gebied van de cultuur
aan een bepaald punt de hoogste prioriteit toegekend. Er staat met ka
pitale letters dat bijzondere aandacht ware te schenken aan de huisves
ting van onder meer de openbare bibliotheek. Deze prioriteit wordt ook
in de hoofdlijnen van het beleid van de fracties van de V. V. D. en het
C. D.A. uitdrukkelijk genoemd.
Tijdens de vergadering van de commissie voor culturele zaken heb
ik de wethouder gevraagd -- toen wij aan de nieuwbouw ten behoeve van
de bibliotheek toe waren -- hoe hoog de kwalificatie "hoge prioriteit"
in het geheel van het beleidsgebeuren van onze stad is. De wethouder
heeft immers, toen hij nog aan ónze kant zat, eens gezegd dat de cul
turele sector van het collegebeleid nog steeds onder de maat was. Het
was eigenlijk een gemene vraag, omdat hier het beleid van een vorig
college, waarvan de heer Sandberg geen deel uitmaakte, in het geding
is. Nu hij wél wethouder is zijn wij optimistisch gestemd over de kansen
op een spoedige bouw van een centrale openbare bibliotheek.
Tot slot wil ik een zeer ingewikkelde opmerking maken. In het
verband van de openbare bibliotheek ware nog op te merken dat het
zeer prettig zou zijn als het college eens met een globaal maar toch