874
18 NOVEMBER 1975
thoden, een goede budgetbewaking en een meerjarenbegroting een goe
de aan- of voorzet is voor de raad om tot het op verantwoorde wijze
vaststellen van de urgenties te komen. Verder kan nu al worden vastge
steld dat bepaalde lijnen waarlangs het bestuur van deze stad zich heeft
voltrokken en zich verder zal ontwikkelen zichtbaar beginnen te worden.
Ook blijkt dat op geen enkel terrein of deelfacet sprake is van grillige
oncontroleerbare processen. Integendeel: er is duidelijk sprake van een
consistent, degelijk en betrouwbaar besturen, waarbij ook ruim aan
dacht aan de opvattingen van de minderheidsgroeperingen in deze raad
is besteed. Hiermee bedoel ik echter niet te zeggen dat de urgenties op
de goede plaats liggen en dat bepaalde ontwikkelingen niet moeten
worden versterkt en andere niet moeten worden afgezwakt. Hier ligt
een enorme taak voor de gemeenteraad, een veelomvattende en tijdro
vende taak, terwijl raadsleden over onvoldoende tijd kunnen beschikken
om hun taak optimaal te kunnen vervullen. Als wij het probleem "tijd"
te lijf willen gaan, zullen wij ernstig moeten overwegen of het moment
niet is aangebroken voor een herverkaveling van taken, een bezinning
op hetgeen waarmee wij ons bezighouden.
Een ander probleem dat ik gaarne onder uw aandacht wil bren
gen en dat met mijn vorige opmerking verband houdt, is de informatie
en de ambtelijke bijstand aan de raadsleden en de fracties. De vraag
rijst of je als fractie de initiatieven van het college moet afwachten,
of je zelf met initiatieven moet komen of dat je werkgroepen moet for
meren, die vanuit hun politieke constellatie en urgenties bepaalde za
ken gaan bestuderen en aandragen. Zeker is het dat het een voortduren
de zorg van uw college moet zijn wegen te vinden om de raad in een
vroeg stadium te laten meedenken en tijdig zowel de uitgangspunten
van het college als die van anderen te etaleren. Begrijpt u mij goed,
ik heb het over verschil in uitgangspunten en niet over verschil in be
leidsuitgangspunten omdat ik mijn opvatting handhaaf, dat er in de pro
gramma's van de partijen in deze raad vele punten van overeenkomst
te vinden zijn.
Denken in en werken aan de grote lijnen betekent vooruit
denken en vooruit werken. Wij zullen daarbij meer dan nu ervaren dat
hetgeen zich in Breda afspeelt of gaat voltrekken van grote invloed op
en betekenis voor de wijde omgeving van Breda is. Het zal extra accen
tueren hoe groot de taak en de verantwoordelijkheid voor en van Breda
ten aanzien van het stadsgewest, het industrieschap Moerdijk, het recre
atieschap: "De Biesbosch", het waterschap West-Brabant, de V.V.V. c
enzovoort zijn. Natuurlijk maken wij ons met u zorgen over de financi
ële risico'i die onze bemoeiingen inhouden, maar wij zullen niet kun
nen volstaan met de constatering daarvan. Wij zullen richting aan die
grensoverschrijdende aangelegenheden moeten geven en van ons wordt
verwacht dat de zich daarbij voordoende problemen mede door ons toe
doen worden opgelost. Anderzijds dienen wij ons ook bewust te zijn van
de beperkingen, die de gemeente van overheidswege zijn opgelegd en
van de financiële afhankelijkheid van de centrale overheid.
De heer Andriessen heeft bij de algemene beschouwingen in
de Tweede Kamer gezegd dat de tijd van wensdromen voorbij is. Ieder
een zal offers moeten brengen om dit land voor een financieel débScle
te behoeden. Wij zijn met hem van mening dat een iederook het ge
meentebestuur, zijn wensen in deze tijd dient te matigen. Het rijk heeft