894 18 NOVEMBER 1975 Dan moet ik nog even antwoord geven op de tweede interrup tie De VOORZITTER: U moet helemaal niets, maar als u het graag wilt kunt u het rustig doen. Mevrouw PAULUSSEN: Dat robbertje "taptoe-en" zal dan nog wel een keer komen. Ik heb ook niet de pretentie gehad te zeggen dat er wel of geen taptoe moet komen, ik heb de kranteberichten aange haald als voorbeeld van de bestuursmentaliteit van waaruit naar onze mening het beleid wordt gevoerd. De heer DEES: Het komt toch nog in de raad, dus heeft het niets met de mentaliteit te maken waar u op doelt.' De VOORZITTER: Wij komen daar straks ook nog op terug. Mevrouw PAULUSSEN: Ik zal proberen de draad weer op te vatten. Ik heb gezegd dat de mening van P.v. d. A. en P. P. R. blijkbaar niet belangrijk is, maar wat is de mening van de burgers van Breda? Stellen zij een taptoe op prijs? Of geldt dat alleen voor de V. V.V. en het bedrijfsleven? Het college zal moeten onderzoeken welke waarde de burgers aan de taptoe hechten. Een suggestie is het uitgeven van een extra nummer van "Indruk", waarin in heel begrijpelijke taal wordt op genomen wat een taptoe kost en wat men met dat geld nog meer zou kunnen doen. Het college is naar Princenhage en de Belcrum geweest en wij zouden er geen bezwaar tegen hebben als daar een C. D. A. - V. V.D. -wijkavond van zou worden gemaakt, maar misschien mogen wij een jaarprogramma voor wijkbezoeken van dit college tegemoet zien. Medezeggenschap op bovengemeentelijk niveau. Een gemeen te die op stadsgewestelijk en landelijk niveau voortdurend vraagt en eist over allerlei dingen te kunnen beslissen, maar dit zelf op gemeen telijk niveau ten opzichte van wijken en groepen burgers niet mogelijk maakt, gedraagt zich meer als opportunist dan als democraat. Medezeggenschap, economische macht in de bedrijven. Wat betreft het functioneren van de lokale overheid zal voornamelijk aan dacht aan de economische macht moeten worden geschonken. Er bestaat een enorme gedifferentieerdheid en ondoorzichtigheid van de lokale machtsstructuren. Jammer genoeg is in Breda te dien aanzien nog geen onderzoek verricht; ik hoop dat dit onderzoek er alsnog zal komen, want wellicht zal daaruit kunnen blijken dat een heel kleine groep van steeds dezelfde mensen op bepaalde posten zit. Dit in antwoord aan de heer Geene die over actiegroepen heeft gesproken. Wij hebben wel eens lachend tegen elkaar gezegd dat er, zoals er de "tweehonderd van Mertens" zijn, ook wel eens de "veertig van Breda" zouden kunnen zijn. In de komende jaren is het van belang dat de politieke partij en een studie van machtsstructuren op verschillende waardegebieden in de samenleving gaan maken: industrieën, bouwondernemingen, banken, kerken etc. Politieke partijen, politieke fracties én programcolleges dienen deze punten als kern van hun politiek program te beschouwen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 894