904
18 NOVEMBER 1975
maar wat maakt deze raad daarvan waar? Tegengestelde belangen zijn
bij het nemen van besluiten niet weg te denken; men moet deze tegen
stellingen dan ook niet wegmoffelen. Het is nirzo dat de traditionele
rechtse beleidskeuze vaststaat: de gegroeide verhoudingen worden ver
sterkt of bevestigd. Voorbeelden hiervan zijn in de beleidsinventarisatie
te vinden, die door de heer Geene ten onrechte een "nota over het be
leid" is genoemd. Het college heeft er geen misverstand over laten be
staan dat het een beleidsinventarisatie is, een nota waaruit maar één
lijn naar voren komt: Breda moet groeien en verzakelijken en moet
voldoende bungalows hebben. Andere facetten en mogelijke ontwikke
lingen krijgen maar weinig aandacht. Het ligt in de lijn der verwachtin
gen dat het college zich zonder enige bezinning of studie achter deze
beleidskeuze stelt en dat er zelfs niet over wordt gedacht of er redenen
zijn om bij te sturen dan wel te veranderen, zoals wij al eerder hebben
opgemerkt. In de praktijk van het bestuur van deze stad voert het colle
ge de wil van de meerderheidsfracties uit. Het is, zoals wij al vaker
hebben gezegd, een rechts program college, hetgeen ook door de heer
Dees is opgemerkt.
De heer DEES: Een gedeelte van die term heb ik niet genoemd.'
De heer CRUL: U hebt het echter wel bedoeld. Ook is al vaak
opgemerkt dat de voorzitter van de raad zodanig optreedt dat hij het
college steunt en de meerderheidsfracties alle ruimte voor hun beleid
laat. Hij kan blijkbaar niet tegen het rechtse geweld in het college op
of wil dat misschien ook niet. Hij is niet bij machte of niet bereid om
in de informatieve, beleidsvoorbereidende en besluitvormende fase de
minderheidsfracties tot hun recht te laten komen. De voorzitter handelt
naar onze mening dus niet als een boven de partijen staande figuur. Wat
doet nu het college? Het verklaart bij herhaling de gehele raad te ver
tegenwoordigen, maar in de praktijk van elke dag en bij de inbreng
van belangrijke aangelegenheden wordt de bijdrage van de fracties van
P. v. d. A. -P. P.R. van de tafel geveegd. Dit geschiedt in veel gevallen
zonder dat zelfs de opvattingen van onze kant in beschouwing worden
genomen. Het college en de meerderheidsfracties van C.D. A. en
V. V. D. gedragen zich tegenover de P. v. d. A. -P. P. R. -fracties als de
regeringsfracties in de Kamer zich ten opzichte van de oppositie gedra
gen. Het college heeft duidelijk het standpunt verlaten dat vanuit een
monistische structuur moet worden geopereerd. Dit lijkt ons voor de
kiezers een grote winst. Wij willen echter er wel een kanttekening bij
maken, namelijk dat de democratische spelregels wel in acht moeten
worden genomen. Het college en de meerderheidsfracties hebben daar
nogal eens moeilijkheden mee; men waardeert onze werklust, erkent
de waarde van veelvuldige contacten met de wijken, maar weigert de
wensen van de burgers die door ons vanuit wijkcontacten in de raad wor
den gebracht serieus te behandelen. Dat C. D. A. en V.V. D. hiervoor
methoden gebruiken, die zelfs volgens hun eigen begrippen ondemocra
tisch zijn, is al eerder aan de orde gesteld. Zij blokkeren de activitei
ten van onze fracties als deze hen niet welgevallig zijn, zij schrijven
barre en boze brieven over incidenten en ga zo maar door. Wij hebben
de indruk dat in de blokkades speciale aandacht wordt besteed aan die
activiteiten van onze fracties, welke ook de kiezers van het C.D.A.