972 20 NOVEMBER 1975 over de inhoud nog overleg wil plegen. Ten aanzien van de door de heer Geene ingediende motie is inmiddels ook vastgesteld dat daarover nog overleg in de fracties zal moeten plaatsvinden. Ook deze motie zal derhalve thans niet in stem ming worden gebracht, hetgeen naar ik meen ook in overeenstemming is met wat de heer Geene zich van die motie heeft voorgesteld. Wethouder VAN DUN: Ik zal nu gaan spreken vanuit de super markt, hoewel ik niet weet waarom mijn portefeuille aldus wordt be titeld, want ik vlei mij met de gedachten dat een collega in dit college per jaar nog f 4 miljoen méér omzet dan ik; ik vraag mij af over wat voör winkel wij bij hem moeten praten! Ik vind het ook wat merkwaardig van uitverkoop vanuit die supermarkt te praten. Laten wij eerlijk tegenover elkaar zijn. Als ik op vragen die bij de algemene beschouwingen worden gesteld niet of onvolledig zou antwoorden zou de heer Crul ongetwijfeld zeggen-, vriend, ge houdt informatie achter! Nu ik wél heb geantwoord meent hij evenwel dat ik de zaak sta uit te verkopen. De heer Crul zal even wel zeker meedelen hoe hij het voor de volgende keer graag gehad zou willen hebben. De heer Geene heeft over de wegenstructuur van Breda gespro ken. Ik heb uit de mededeling van de voorzitter begrepen dat wij daar bij de behandeling van de portefeuilles op terug zullen komen, zodat dat nu niet hoeft te gebeuren. Hij heeft vervolgens het college met een rekensom geconfron teerd, uitgaande van de constatering die wij dinsdag gezamenlijk hebben gedaan dat de kavelprijs voor de eengezinswoningen in de sociale sector f 9. 500, de normprijs is. Dat is juist, maar ik moet daar een paar kanttekeningen bij plaatsen. Het is mij en de ambtenaren onbekend waar de heer Geene het bedrag van f 10. 000, -- als maximum vandaan heeft gehaald. Onze wetenschap is dat over de absolute hoogte van de lokatiesubsidie in het kader van Breda-groeistad en de problema tiek van de binnenstad met het rijk zal moeten worden onderhandeld. Misschien ten overvloede wil ik in de richting van de heer Geene nog opmerken dat het bedrag van 9. 500, voor eengezinskavels geldt en niet voor meergezinswoningen. Uitgaande van een bepaalde bebouwings dichtheid per ha noemde de heer Geene bijvoorbeeld voor de binnenstad een bebouwingsdichtheid van 40 tot 70 woningen per ha. Ik meen eigen lijk dat de hele binnenstadskwestie als het ware een vier- d vijfdimensio- naal probleem is. Wij praten ten aanzien van de binnenstad pas over lokatiesubsidie nadat de saneringssubsidie is toegepast, wat de rekensom moeilijker maakt en vervolgens wordt bekeken wat de bebouwingsdicht heid is. U weet dat bijvoorbeeld in de Leuvenaarstraat en de Miadellaan de bebouwingsdichtheid bijna 100 is; dat is juist de uitdaging in de richting van een architect en een stedebouwkundige. Ik wil niet zeggen dat het sommetje niet klopt, maar er zijn nu eenmaal nog wat andere factoren die mede moeten worden gewogen alvorens te kunnen zeggen of dit een oplossing voor de binnenstad is. Het is natuurlijk wel een op lossing, maar de mate waarin zullen wij uit de onderhandelingen moeten leren. De heer Geene heeft verder gezegd dat de wethouder er niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1975 | | pagina 972