1006
24 JUNI 1976
college is van mening dat er, als over vier jaar
het stadsgewestelijk structuurplan bekend is en
als vast staat dat Bavel-Dorst bijvoorbeeld toe-
komstige woongebied zal worden, limieten aan het
ter plaatse storten van vuil moeten worden ge-
steld. Volgens het convenant bij het contract zal
men op basis van de op dat ogenblik geëtaleerde
planologische visie, getoetst aan de visie van de
provincie, van het stadsgewest, van het gemeentel-
bestuur van Nieuw-Ginneken, van het stadsbestuur
van Breda, alsmede van de Grontmijom de tafel
gaan zitten teneinde in redelijkheid tot wijzi-
ging van het contract te komen. Voor zover ik con
tractanten uit de onderhandelingen die ik bij ont-
breken van mijn collega's Sandberg namens het col-
lege heb mogen voeren, zakelijk ken, ben ik ervan
overtuigd dat men in dat geval tot de bedoelde
verandering bereid zal zijn. Omdat je echter nooit
kunt weten wie er aan de tafel zit, hebben wij als
stok achter de deur het recht het contract eenzij
dig te verbreken. In de onderhandeling zijn wij zó
ver gekomen, dat wij in dat geval bereid zijn een
gedeelte van het totale risico op basis van in
vesteringen voor tien jaar voor rekening van de
gemeente te brengen.
In dit verband is gevraagd over wat voor be
drag wij dan praten. Er zijn interne taxaties van
het vervoerbedrijf en er zijn wat kretologieën.
Ik bind mij hier niet aan miljoenen, tonnen of
tienduizenden, maar ik meen in alle redelijkheid
te mogen zeggen dat het best zal meevallen. Naar
mijn oprechte mening op advies van de direc
teur van het vervoerbedrijf zouden er enkele
tientallen duizenden guldens in het geding kunnen
zijn. Ik zeg dit om de gedachten te bepalen.
Na het gesprek met gedeputeerde Brugman heb
ben wij ons standpunt met. betrekking tot een tien
jarig contract met een ontbindende voorwaarde die
over vier jaar van kracht kan worden, bekend ge
maakt. Ik heb dit persoonlijk met de burgemeester
en de betrokken wethouder van Nieuw-Ginneken