1012 24 JUNI 1976 2Komende woensdag zal in het college een voorstel worden behandeld met betrekking tot het aan de heer Beckers te geven antwoord. Dit voor stel houdt in dat in overeenstemming met de op vatting die het gemeentebestuur van Nieuw-Ginne- ken te dien aanzien heeft vooralsnog geen mede werking aan de ontwikkeling van de skischans zou moeten worden gegeven. De heer BRUMMELKAMP: Ik heb in eerste in stantie in de eerste plaats willen zeggen dat het contract met de aanvullende briefwisseling slecht is. Ik vind dat ik een dergelijke opmerking in het belang van Breda moet maken. Wij hebben met het vloeibare afval op dat gebied al slechte er varingen opgedaan; op het ogenblik wordt over een verschil van mening ten bedrage van 9 miljoen geprocedeerd. Ik denk niet dat het met deze ber gen zo'n vaart zal lopen, maar er zal zich toch een behoorlijke tegenvaller kunnen voordoen. Het is heel fraai dat er over vier jaar goede bedoe lingen worden verondersteld, maar daar koop je uiteindelijk toch niets voor. Ik ben er dan ook voorstander van dat Wethouder VAN DUN: Ik heb niet over "goede bedoelingen" maar over "goed vertrouwen" gespro ken. Dat is iets anders. De heer BRUMMELKAMP: Ik neem dan aan dat er goede bedoelingen aanwezig zijn, maar dat is niet altijd voldoende. Over de wijziging van de tekst het volgende. Er zijn drie stukken in het geding. Allereerst is er een voorstel aan de commissie gezonden, waarin nog stond dat de financiële gevolgen niet geheel te voorzien waren. Voorts stond er in dat stuk dat de Grontmij akkoord ging. Het betreft hier een stuk voor de vergadering van de commissie be drijven van 8 juni, terwijl de bevestiging van de Grontmij op 10 juni is gedateerd. Dit is op zich zelf al een merkwaardig verschijnsel maar

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1012