1075
28 JUNI 1976
32. bijlage nr. 196.
VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT
HANDHAVING VAN DE KERMIS OP HET CHASSËVELD.
(G)
De VOORZITTER: Van het Comité Behoud Binnen
stad is enigszins aan de late kant een
brief d.d. 19 juni binnengekomen, die bij dit
voorstel kan worden behandeld. Ik zal straks een
voorstel terzake van de afhandeling van de brief
doen
De heer VAN BANNING: Ik zal de brief van 19
juni heel in het kort bij de bespreking van dit
agendapunt betrekken. Het zal de raad duidelijk
zijn dat het Comité niet voor een kermis op de
Grote Markt heeft gepleit. Mijn fractie heeft van
de gemaakte opmerkingen goede nota genomen. Het
is ook bepaald niet uit te sluiten dat de indruk
is gewekt dat enkele commissieleden zich mede
door veiligheidsoverwegingen hebben laten leiden
en daarom tegen de verplaatsing van de kermis
naar de binnenstad zouden zijn. Het advies van
C.D.A.-zijde is evenwel niet op deze overweging
gebaseerd. De situering van de kermis is meerma
len een punt van de bespreking geweest, nog vrij
kort geleden in de vergadering van 20 november
1974, toen ook de heer Van Male deze situering
nog eens ter sprake heeft gebracht. Bij die gele
genheid werd door één van de sprekers -ik weet
niet meer precies wie betoogd dat de besloten
heid van het thans in gebruik zijnde veld kan
leiden tot een prettige en voor de kermis gunsti
ge intimiteit.
Bij de overwegingen hebben altijd verschei
dene factoren een rol gespeeld, namelijk; het
historische karakter en de plaats, de commerciële
betekenis en het ontstaan van hinder, zowel in de
oorspronkelijke als in de nieuwe opzet. In dit
verband herinner ik mij dat de vraag ter sprake
is gebracht of men in het ziekenhuis hinder zou
kunnen ondervinden. Niet in de laatste plaats is