5 FEBRUARI 1976
108
VOOR hebben gestemd: de heren Welschen, Kaarse
maker, Houben, Crul, Oomen en Dreef, mevrouw Stut-
terheim-Edelingde heren Jongeneel en Brummelkamp.
Nog niet aanwezig waren: mevrouw Paulussen en de he
ren Beckers, Dees, Hendriksen, Koertshuis en Gielen.
De heer VAN ASSELDONK: De V.V.D.-fractie be
treurt het dat zo snel nadat is besloten in de Veur-
nestraat speelgelegenheid te creëren voor de kinde
ren uit de wijk "Wisselaar", dit besluit ongedaan
moet worden gemaakt. Dit toont weer eens overduide
lijk aan met hoe veel voorzichtigheid men het be
grip "inspraak" zal moeten hanteren. Ook hier heeft
de gevolgde procedure niet optimaal gefunctioneerd,
hoewel de grote fout niet ligt bij degenen die de
inspraak hebben georganiseerd maar bij de omstandig
heid dat nog diverse stadgenoten niet van deze ma
terie op de hoogte zijn. Wanneer men reageert op het
ogenblik dat de eerste schep in de grond gaat, is
dat eigenlijk veel te laat. Ook ten aanzien van het
delegeren van bevoegdheden blijkt duidelijk dat
voorzichtigheid geboden is.
Met schade en schande wordt men echter wijs.
Het pleit voor dit college dat men, na alle voors
en tegens nog eens tegen elkaar te hebben afgewogen,
het ter tafel liggende voorstel heeft gedaan. Het
zou zinvol zijn als ook anderen eens op eerder geno
men besluiten durfden terug te komen.
In onze opvatting worden wij nog gesterkt door
het volgende. Ik kreeg zojuist een seintje van de
heer Crul dat hij het niet eerlijk vond. Ik wijs er
op dat zelfs de opbouwraad Breda-Noord en degenen
die zich met het wijkwerk bezighouden, menen dat
het geen zin zou hebben alsnog in de wijk "Wisse
laar" een hoorzitting te houden. Het voorstel van
b. en w. heeft onze instemming.
De heer LAMBREGTS: Het is inderdaad droevig
te moeten constateren dat een groot bedrag voor
niets is besteed. Het overzicht van de voorgeschie
denis dat het college in het voorstel geeft, maakt