1103
28 JUNI 1976
langrijk verschil met de voorgaande jaren, waarin
de grote speeltuinen onder de afdeling jeugd en
sport vielen, terwijl de andere speelgelegenheden
onder de plantsoenendienst ressorteerden. De op
timale toestand is in Breda nog lang niet bereikt
maar mijn fractie is blij met de ter tafel lig
gende nota als eerste aanzet tot een beleid waar
in het één niet losgekoppeld is van het ander. Er
is nu een begin gemaakt met de inventarisatie van
wat er is, van wat er in nieuwe wijken moet wor
den gedaan als richtsnoer gelden daarbij de in
de criteria genoemde toetsingsrichtingen -als
mede van wat er in oudere wijken kan worden ge
daan; in de oudere wijken zijn de problemen zeer
knellend en moeilijk oplosbaar. Nu men de proble
men onderkent en aangeeft hoe een en ander uit
eindelijk zal moeten worden, is een stap in de
goede richting gezet.
De heer MARTENS: Het lag aanvankelijk in de
bedoeling dat de heer Beckers, gezien zijn des
kundigheid en zijn werkkring, dit onderwerp voor
zijn rekening zou nemen. Ik zal echter een poging
doen om deze taak van hem over te nemen, waarbij
ik mij gesterkt voel door zijn opmerking dat men
beter niet zo deskundig kan zijn!
Het zal de wethouder bekend zijn dat de fe
deratie van fracties van P.v.d.A. en P.P.R. zich
deze nota heel anders had voorgesteld. Wij hadden
een nota verwacht waarin zou worden aangegeven in
welke wijken van de stad met een aantal speeltui
nen en shot-velden van start zou worden gegaan.
Hiervan was echter niets te vinden.
In tegenstelling hiertoe wordt aangegeven
dat men het kind in de woning speelmogelijkheden
moet bieden, maar hierbij plaats ik vooral
denkend aan de vele flats die Breda rijk is
grote vraagtekens.
Ik had liever gezien dat men een aantal