28 JUNI 1976 1112 De VOORZITTER: Ik schors de vergadering. SCHORSING. De VOORZITTER: Ik heropen de vergadering. De heer MARTENS: De wethouder is op drie in de motie genoemde punten in onze richting gekomen. Naar aanleiding van de opvatting dat de besproken nota als een interimnota moet worden beschouwd, heeft hij naar ik meen duidelijk gezegd dat de ter tafel liggende nota niet de definitieve eindnota is. Met betrekking tot het vóór 1 januari 1977 voorleggen van een definitieve nota heeft hij ge zegd dat het tijdschema in de commissie jeugd, sport en recreatie zal worden behandeld. Voorts heeft de wethouder naar ik meen ten aanzien van de breed opgezette inspraakprocedure een toezegging gedaan. Een en ander heeft ertoe geleid dat wij tot de conclusie zijn gekomen dat wij het voorstel van b. en w.zij het schoorvoetend, moeten steu nen Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna over eenkomstig het voorstel van burgemeester en wet houders besloten. 36. bijlage nr. 207. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS OM EEN KREDIET VAN 277.500,BESCHIKBAAR TE STELLEN VOOR HET UITVOERINGSGEREED MAKEN VAN HET GEKOZEN ONTWERP ONDER HET MOTTO "HET RON DE EI". (G) De heer GIELENAls wij naar voorgaande jaren teruggaan, kunnen wij constateren dat er ten aan zien van het zwembad "Het Ei" heel wat is gebeurd. Toen werd besloten dit zwembad te sluiten, kwamen er allerlei reacties van bevolkingsgroepen die van het bad gebruik maakten. Aarzelend en moeizaam kwam een commissie tot stand om in overleg met de gebruikers en de overheid naar de beste mogelijk heid voor een nieuw te bouwen zwembad te zoeken. In een motie heeft de raad indertijd aandacht

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1112