28 JUNI 1976
1124
plaats met structurele problemen in bepaalde be
drijfstakken. Wanneer je dat constateert betekent
dat ook een zekere beperking van de mogelijkheden
die je als gemeente hebt om situaties te verbete
ren en om de helpende hand te bieden. Het zal
vooral moeten komen van landelijke maatregelen
die ook op Breda hun positief uitstralingseffect
zullen hebben. In het algemeen zal het ook voor
Breda gunstig zijn wanneer het kabinetsbeleid meer
op verbetering van het ondernemingsklimaat wordt
gericht. Dat" is een algemeen uitgangspunt dat ik
hier uitdrukkelijk wil neerleggen.
Een meer specifiek uitgangspunt voor de Bre
dase situatie, waarvoor ook landelijk een oplos
sing moet worden gevonden, is het volgende. Wan
neer de gedachten van de verstedelijkingsnota op
Breda zouden worden toegepast, wanneer Breda als
groeistad zou worden aangewezen en wanneer Breda
of West-Brabant in het algemeen een deel van de
overloop uit de Randstad Holland zou moeten gaan
opvangen, dan is ons standpunt dat het rijk voor
voldoende werkgelegenheid in West-Brabant in het
algemeen en in Breda in het bijzonder moet zor
gen. Dat is het algemene kader van waaruit je
naar onze mening moet spreken wanneer je het over
werkloosheid of dreigende werkloosheid hebt.
De gemeente moet roeien met de riemen die
zij heeft en natuurlijk betekent dat dat de ge
meente bij de provinciale en de landelijke over
heid steeds voor haar positie zal moeten pleiten.
Op die manier zal de gemeente er ook toe moeten
bijdragen dat er meer arbeidsplaatsen in Breda
worden gecreëerd. Meer in het enge vlak liggen de
mogelijkheden van de gemeente in het zelf voeren
van een actief werkgelegenheidsbeleid, maar wan
neer wij kijken naar hetgeen in de afgelopen ja
ren door het college is gepresteerd actieve
acquisitie, resulterend in het aantrekken van
kantoren en bedrijven wanneer wij kijken naar
de nota's die daarover zijn ingediend, dan kunnen
wij over het algemeen toch wel tevreden zijn over