28 JUNI 1976 1138 van de Etna-directie en de bonden zijn ontplooid, maar dat toont juist aan dat er nog niveaus zijn die niet worden gebruikt. In het tweede en derde deel van de motie hebben wij twee niveaus aange geven: enerzijds rijk en provincie, anderzijs In- ternatio-MullerDaar zou het college naar ons gevoel goed werk kunnen verrichten en ik ben het met de heer Van Banning eens als hij aangeeft dat het college in die richting mogelijkerwijs nog niet al het mogelijke heeft gedaan. Beide heren vallen vervolgens over het tijd stip waarop wij de kwestie aankaarten. Dat tijd stip is mede gekozen met het oog op het feit dat wij de komende twee maanden niet vergaderen en dat er dus een geweldig hiaat zou ontstaan. Het tijd stip is ook gekozen omdat de ontslagen zo dicht voor de deur staan dat er, als wij het nu niet doen, geen actie meer nodig is. Die twee punten waren voor ons, mede bezien tegen de achtergrond van het feit dat de werkgelegenheid de laatste tijd uitvoerig in deze raad aan de orde is ge weest, reden om de kwestie op dit moment aan de orde te stellen. Er wordt verwezen naar de commissie economi sche zaken en er wordt gesuggereerd dat wij par tij ^politiek zouden bedrijven. Dat laatste zou ik zeker in de ongunstige zin van het woord willen bestrijden. Aan de andere kant zou ik er wel op willen wijzen dat wij als politieke partijen en P.P.R. en P.v.d.A. verstaan die verantwoordelijk heid zeer duidelijk *-•»- met de andere moeten pro beren de werkgelegenheid in deze stad te handha ven. In die zin is het misschien toch zo dat de contacten met de basis en de manier, waarop wij in politiek opzicht willen opereren, voor ons een rol hebben gespeeld bij het inbrengen van deze zaak. Van partijpolitiek in de zin van propaganda is echter absoluut geen sprake en ik hoop dat bei de heren dat ook niet hebben bedoeld toen zij o- ver partijpolitiek spraken. Zij kunnen bovendien laten zien dat wij hier niet met partijpolitiek

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1138