28 JUNI 1976
1144
brief ontvangen van de industriebond N.K.V., on
dertekend door de heer P. Heuvels, waarin hij dat
nadrukkelijk meedeelt. Dit voor wat betreft de
wijze waarop wij in de specifieke Etna-situatie
actief en passief met het G.C.W. hebben gewerkt.
Ik kom nu bij de beantwoording van een deel
van de vragen van de heer Dees. Hij heeft gespro
ken over een eventuele doorkruising van het be
leid indienen wij op dit moment het een en ander
zouden gaan doen. Ik ben wat geschrokken van de
splitsing maar de heer Welschen heeft dat in
zijn tweede termijn in ieder geval wat hersteld
die de heer Welschen om zeven uur heeft aange
bracht tussen de verantwoordelijkheid van de over
heid ten aanzien van dit soort aangelegenheden in
economisch en in sociaal opzicht. De zorgvuldig
heid ten aanzien van het geheel wordt niet alleen
geboren uit de zorg voor het sociale leed van de
direct betrokkenen, maar ook uit het feit dat men
daar in economisch opzicht op moet reageren. Het
economisch en het sociaal beleid zijn in dit op
zicht totaal niet van elkaar te scheiden en je
kunt dus ook niet zeggen dat er naast de contac
ten via het G.C.W, nog andere contacten een be
paald vlak van de totale materie zouden kunnen af
dekken. Naar mijn gevoel is het zo dat beide ele
menten deel uitmaken van zowel de handelwijze van
degenen die van werknemerszijde in het G.C.W.
deelnemen als de handelwijze van degenen die daar
in van de zijde van de gemeentelijke overheid par
ticiperen, Ik vind dan ook dat er tot op dit mo
ment geen aanvullende elementen zijn die in de
richting van de rijksoverheid, de provincie of
InternatiO'-Muller zouden kunnen worden aangegeven
Eenieder is op de hoogte van onze bereidheid
als gemeente om op elke plaats en op elk tijdstip
in te springen als dat nodig is, niet alleen wan
neer wij dat nodig vinden -- via een bepaalde
procedure maar ook wanneer de vakbeweging dan
wel de bedrijfsleiding het noodzakelijk achten.
Ons doel is voor eenieder hetzelfde: wij trachten