5 FEBRUARI 1976
114
heeft gevraagd met betrekking tot de situering van
die speelstraten in de Hoge Vucht gesprekspartner
te zijn. Op die manier is ook de situering in de
Veurnestraat aan de orde gekomen.
Vervolgens komt er ook de heer Lambregts
heeft daarover gesproken een heel duidelijk sig
naal uit de Veurnestraat dat men dat niet wil. Ik
ben nog steeds blij met de complimenten die de heer
Beckers in de raadsvergadering van 17 oktober 1974
heeft gemaakt, maar als duidelijk is dat alle bewo
ners van de Veurnestraat deze situatie in hun straat
niet willen, moeten wij het lef hebben te erkennen
dat er ergens iets heeft gefaald en dat wij op onze
schreden moeten terugkeren. Voor mij is duidelijk
dat is geen manipuleren en evenmin een kwestie
van het voorbijgaan aan democratische uitgangspunten
of aan inspraak dat er, zoals ook de heer Lam
bregts heeft gezegd, met Breda-Noord continu zal
moeten worden gesproken over de situering en de si
tuatie van speelvoorzieningen. Daarbij dient men
ervan uit te gaan dat die speelvoorzieningen niet
in de Veurnestraat kunnen worden gesitueerd, aange
zien alle bewoners zich daartegen uitspreken. Dat
is mijns inziens de essentie van dit voorstel.
De heer Lambregts heeft gesproken over kort
sluitingen tussen de dienst beplantingen, de dienst
openbare werken en het gebeuren in Breda-Noord. Ik
wijs erop dat soms structuren voor diensten moeilijk
terug te vinden zijn. Wanneer er wordt gesproken
over speelsituaties in Breda-Noord, zijn er vele
contacten met buurtbewoners die parallel aan of
langs de opbouwraad Breda-Noord lopen: dergelijke
contacten worden geregeld door de dienst beplantin
gen onderhouden. Sinds kort is er een procedure op
gang gebracht, waardoor de opbouwraad Breda-Noord
regelmatig voor de dienst beplantingen op het ge
bied van het situeren van speelwerktuigen een dui
delijke gesprekspartner is.
Mijns inziens is er geen sprake van democra
tisch of ondemocratisch handelen. Ik geloof dat wij