1169 28 JUNI 1976 een ruimte van 30 m2 beslaat. Daar kunnen 10 a 15 mensen in, maar een gezelschap van 150 man is geen utopie in de stadsschouwburg. Dat komt ge woon voor en dat betekent dat die mensen zich op het toneel, achter het toneel, buiten en overal moeten ontspannen en een drankje moeten drinken. Dat is geen houdbare toestand en het is naar de mening van het college dan ook volkomen terecht dat dit voorstel nu aan u wordt voorgelegd. Voor gesteld wordt dat een ruimte, die nu door de G.T.S. is verlaten, wordt omgetoverd tot een re delijke artiestenfoyer waarin iedereen kan worden ontvangen. Goed gastheerschap geldt zowel voor als achter het toneel. Dat de prioriteit niet is opgevoerd houdt verband met het feit dat niet alles direct in de begroting tot uiting komt. Ook wat dit betreft dienen wij met beide benen op de grond te staan en dat doet de heer Visser ook. Voorlopig komt er geen nieuwe schouwburg en voorlopig is een totale renovatie van de schouwburg ook niet financieel begroot. Daarom is het erg verstandig de meest nijpende punten aan te pakken en op een redelijk goedkope wijze tot een oplossing te brengen. De heer GIELENIk zou graag een stemverkla ring willen afleggen. Met het tweede gedeelte van het betoog van de heer Hendriksen ben ik het toch wel eens. Wij hebben zowel in de commissie als in de fractie nogal wat moeite met dit voorstel ge- had en daarom wens ik geacht te worden tegen dit voorstel te hebben gestemd. De heer HENDRIKSEN: Onze fractie wil ook ge acht worden te hebben tegengestemd. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna conform het voorstel van burgemeester en wethou ders besloten, onder aantekening dat mevrouw Pau- lussen, de heren Crul en Brummelkamp, mevrouw Muntjewerff en de heren Welschen, Hendriksen en Gielen geacht wensen te worden te hebben tegenge stemd

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1169