1186 12 AUGUSTUS 1976 die tijd transacties met betrekking tot "zwart werken" in België zouden hebben plaatsgevonden niet met feiten konden worden gestaafd. 2. Mede gezien het bovenstaande achten wij het niet zinvol om de T.R.O.S. te verzoeken alsnog de burgerij van de inhoud van bovengenoemd in terview in kennis te stellen. VRAAG (gesteld ingevolge art. 40, 2e lid R.v.O. d.d. 24-2-1976) de heer J.A. van den Wijngaard: Dagelijks merk ik, dat Uw besturen van onze stad is gericht op de leefbaarheid van de gehele ge meenschap. Soms wordt dat op markante punten in bepaalde wijken nog eens extra geaccentueerd. Zo heb ik het althans ervaren, toen eind 1974, in de Belcrumwijk, de speeltuin, aan het einde van de Leeuwerikstraat een geweldige opknapbeurt gekre gen heeft. De Belcrumbewoners zijn U daar zéér dankbaar voor Immers nadien hadden onze kleuters weer een fijne zandbak, de kleintjes kon fietsen en steppen ge leerd worden op het verhard gedeelte en de jeug digen hadden weer een shotveld. Voorzitter, groot is nu de droefheid bij de vele Belcrumbewoners, jong en oud. Immers nu, voorjaar 1976, is de speelruimte van zandbak tot shotveld geheel onbruikbaar geworden. Het is veranderd en wordt gebruikt als EEN GROOT OPENBAAR HONDENTOILET. Ter toelichting zend ik U hierbij een afschrift van de brief die ik mocht ontvangen betreffende bovenstaand probleem, ondertekend door 85 gezins hoofden, woonachtig in de directe nabijheid van de speelruimte. Voorzitter, vervolgens de vragen: Vraag 1. Is het nog steeds een taak van de gemeen telijke overheid ALLE burgers blijvend positief te beïnvloeden, ten aanzien van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1186