1196 12 AUGUSTUS 1976 hoeve van tuinuitbreiding is duidelijk vermeld dat de prijs aan de hand van de algemene verkoopvoor waarden van 1974 is bepaald. Ook met dit punt heb ben wij geen moeite. Zoals de heer Van Asseldonk al heeft gezegd, hebben wij in de commissie voor openbare werken vrij uitvoerig bij nr. 5 van de lijst stil ge staan. De motieven die bij die gelegenheid van de kant van P.v.d.A./P.P.R. werden aangevoerd, lagen op een ander terrein: in de commissie hielden de bezwaren in dat een bepaalde categorie van jonge ren door dit voorstel niet aan bod zou komen, ter wijl men het nü vooral zoekt in het feit dat de bouw reeds is begonnen terwijl de raad de verkoop eigenlijk nog niet heeft gefiatteerd. Door de voorzitter van de commissie voor openbare werken c.q. door de directeur openbare werken is duide lijk gezegd dat het beginnen met de bouwactivitei ten door de Beleggings- en Exploitatiemaatschappij Van der Weegen op eigen risico geschiedt. Mochten wij op een of andere manier in andere zin over het voorstel beslissen dan overeenkomstig de bedoelin gen van het college, dan is het risico geheel voor Van der Weegen B.V. Mevrouw PAULUSSEN: Ik zou graag in eerste termijn namens onze fracties nog even willen in gaan op de opmerkingen van de heer Van Asseldonk en ten dele ook op de woorden van de heer Lam- bregts. De heer Van Asseldonk heeft voor ons uit gerekend dat wij twintig maanden lang een discus sie over grondverkopen hebben gevoerd. Inderdaad hebben wij ons geruime tijd met dit niet zo een voudig onderwerp beziggehouden. Daarbij hebben wij heel eerlijk laten blijken wat onze twijfels en vragen waren. Wij hebben gezegd dat wij er nog niet uit warenmaar dat de door de gemeente ge volgde handelwijze naar onze mening in ieder geval niet juist kon worden genoemd. De gemeente heeft zeer weinig grond en moet daarmee zeer zuinig om gaan; zij accentueert het verschil als zij de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1196