12 AUGUSTUS 1976 1229 343.000,TEN BEHOEVE VAN HET BOUWRIJPMA- KEN VAN EEN TERREIN GELEGEN TUSSEN DE KERK- HOFWEG EN DE ALLERHEILIGENWEG(D) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt achtereenvolgens overeenkomstig de ze voorstellen van burgemeester en wethouders be sloten. 33. Vervallen. 34. bijlage nr. 254. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AANSCHAF VAN EEN ZELFREGISTRERENDE VER- KEERSTELLER. (D) Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt overeenkomstig dit voorstel van burgemeester en wethouders besloten. 35. bijlage nr. 255. VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR DE AANLEG VAN EEN VIJFTAL SPEELPLAATSEN. De heer LAMBREGTSWij zijn bijzonder geluk kig met dit voorstel, waardoor het belang van speelplaatsen in het algemeen wordt onderstreept. Toch wil ik naar aanleiding van het voorstel twee opmerkingen maken, waarvan ik er één in de com missie al aan de orde heb gesteld. Op laatstbe doelde opmerking zou ik van de wethouder echter graag een iets concreter antwoord willen hebben. Ik doel hier op mijn opmerking dat in het verleden en ook in dit geval speelplaatsen onderwerp van bespreking in de commissie voor openbare werken zijn geweest. In dit verband heb ik erop gewezen dat de leden van de commissie voor jeugd en sport vooral de laatste tijd worden overspoeld met al lerlei rapporten en verslagen over de recreatie en over speelplaatsen. Ik kan mij voorstellen dat het bijzonder doelmatig zou zijn de tot nu gehandhaaf de splitsing tussen kleine en grote speelplaatsen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1229