12 AUGUSTUS 1976
1283
bescherming van de burger. De burger moet een eer
lijke kans krijgen om tegenover de gemeente voor
zijn rechten en belangen op te komen. In dat ka—
der gaat mijn fractie graag akkoord met de hoofde
lijnen van het voorstel tot effectuering van de
wet A.R.O.B. voor de gemeente Breda. Dit betekent
in ieder geval op papier dat zeg ik er nadruk-
kelijk bij dat de individuele burger en groe
pen van burgers meer rechten en mogelijkheden
krijgen om bezwaar en beroep aan te tekenen tegen
gemeentelijke beschikkingen die hun belang nade
lig beïnvloeden. Wij achten dit een goede ontwik
keling.
Na deze opmerkingen in algemene zin wil ik
graag op een aantal concrete punten ingaan. Het is
bekend dat er op het punt van de rechtsbescherming
voor de burger en voor groepen burgers al wegen
open stonden. Ik denk in dit verband aan de be
roeps- en bezwaarschriftenprocedures die vastlig
gen in bepaalde specifieke wetten of verordenin
gen. Het beeld was echter niet compleet en het is
dan ook goed dat de Wet A.R.O.B. de pretentie
heeft de bestaande gaten te dichten. Ik wil er o-
verigens nog eens de aandacht op vestigen dat de
burger niet alleen formele procedures tot zijn be
schikking heeft staan, maar dat hij ook nog altijd
de mogelijkheid heeft om op informele wijze een
klacht in te dienen bij het informatiecentrum; wij
hebben daarover in de commissie voor algemene za
ken meermalen gesproken.
Wanneer wij nu na het in werking treden van
de Wet A.R.O.B. het geheel bekijken, moeten wij
helaas constateren dat er in het geheel van rechts
bescherming voor de burger sprake is van een dool
hof met vele uitgangen. De uitgangen staan op pa
pier: die kennen we, maar wanneer we het geheel
bekijken, moeten we constateren dat het voor de
burger enorm moeilijk zal zijn de juiste ingang te
vinden om te beoordelen welke procedure hij in de
veelheid van mogelijkheden zal moeten kiezen. Ik
zou daarom met grote nadruk willen zeggen dat het