1430 14 OKTOBER 1976 koop aan te bieden en te verkopen. Daarnaast heeft de staatssecretaris van economische zaken bij een schrijven d.d. 23 juni 1975 speciaal met betrekking tot het houden van kunst- en antiek tentoonstellingen onder meer het volgende laten weten: "Het komt inderdaad steeds meer voor dat antiekhan delaren, individueel dan wel als groep, nu eens hier, dan weer elders ontheffing vragen voor het houden van een antiekbeurs. In de meeste gevallen gaat het er daarbij niet alleen om echte antieke voorwerpen te verkopen, doch veelal bestaat het aanbod voor een belangrijk deel tevens uit gebruik te goederen of zelfs nieuwe goederen, die oud en antiek lijken. Het laten bezichtigen van dergelijke waren behoort tot de normale bedrijfsuitoefening van bedoelde handelaren, zodat hier niet van een tentoonstelling kan worden gesproken" Mede gelet op het bepaalde in artikel 17, 5e lid van de winkelsluitingswet gaat ook het college bij be oordeling van een aanvrage om ontheffing als be doeld in artikel 12, 2e lid onder c van de winkel sluitingswet uit van de door de staatssecretaris van economische zaken gegeven interpretatie van het begrip tentoonstelling. Voor wat de openings- (sluitings-) tijden van een tentoonstelling na 18.00 uur betreft gelden geen criteria. Een en ander wordt in overleg met de or ganisatoren van de tentoonstelling geregeld. Rekening houdend met het bepaalde in artikel 12, 2e lid onder a van meergenoemde wet is het zeker van betekenis of de opbrengst van een tentoonstel ling al of niet wordt aangewend ten behoeve van een sociaal doel. In dat kader is het niet meer van betekenis of het handelt om een tentoonstelling in de zin der winkelsluitngswetWel dient de gehele opbrengst van de ten behoeve van een sociaal doel te houden activiteit ten goede te komen aan het gestelde doel. Wanneer derhalve handelaren aan een dergelijke activiteit deelnemen, dient de opbrengst

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1430