14 OKTOBER 1976
1453
worden zelfs gedeelten van ondernemingen gesloten
en komen er nieuwe vestigingen in het buitenland
waar goedkope arbeidsmarkten zijn. Men moet der
halve constateren dat er ook een deel van de werk
gelegenheid uit Nederland wegtrekt.
Tot nu toe heb ik mij beziggehouden met de
ontwikkelingen op landelijk niveau, maar al deze
dingen hebben ook voor ons repercussies, al was
het alleen maar doordat de gastarbeiders die wij
in het Westbrabantse hebben binnengehaald straks
zonder werk zullen komen. Daardoor zullen grote
problemen ontstaan, te meer als ook de "Nederland
se beroepsbevolking" werkloos gaat worden. Er
treedt dan natuurlijk competitie op de arbeids
markt op.
Wat zijn nu de consequenties van de bovenge
schetste ontwikkelingen op stadsniveau? Wat bete
kent dit alles voor Breda? Voor een stad alleen
wordt het steeds moeilijker een werkgelegenheids
beleid te voeren dit is meermalen in deze raads
zaal betoogd omdat er geen samenhangend regio
naal werkgelegenheidsbeleid is. Er is wat dat be
treft te veel competitie tussen de gemeenten; men
troeft elkaar af in het werven van nieuwe werkge
legenheid. Vooral als er schaarste optreedt, neemt
de concurrentiestrijd toe.
Daarnaast doet zich ook op het gebied van de
werkgelegenheid suburbanisatie voor. Dit wil zeg
gen dat stukken werkgelegenheid aan de stad wor
den onttrokken en aan de rand van de stad of zelfs
in het weiland worden gevestigd. Deze ontwikkeling
die we ook in Breda zien, heeft allerlei negatie
ve gevolgen, onder andere extra verkeersstromen.
Steden als Breda, die vanouds veel industrie
hadden, moeten versneld overschakelen op de nieuwe
economische situatie waarin nog maar weinig werk
gelegenheid in de industriële sector zal zijn.
Dit betekent dat men hiermee in het stedelijk be
leid op plaatselijk niveau rekening moet houden.
Dat daarover in Breda is gedacht, blijkt uit het
uitbrengen van de kantorennota, maar dat neemt