14 OKTOBER 1976
1471
verweten dat wij niet willen spreken over stukken
die voor kennisgeving worden aangenomen. In dit
verband moet ik met enige andere leden van mijn
fractie vaststellen dat wij de in het amendement
genoemde stukken, die wij pas sinds kort in ons
bezit hebben, niet voor kennisgeving willen aan
nemen omdat we ze nog niet voldoende hebben kun
nen bestuderen. De hier bedoelde leden zijn op
grond van het voorafgaande tegen amendement 1
Naar aanleiding van amendement 2 zijn wij
van mening dat het voldoende is als het college
toezegt de notulen van de vergadering mee te zul
len zenden. Op die manier kan de minister op de
hoogte van de verschillende standpunten in de Bre
dase gemeenteraad worden gesteld; ons lijkt daar
toe een wijziging van het raadsvoorstel niet di
rect noodzakelijk.
Over amendement 3 kan ik erg kort zijn. De
achtergrondsfilosofie die de heer Houben vanavond
tot de door hem gewenste toevoeging van een derde
besluit op tafel heeft gelegd, behoeft van onze
zijde geen verder commentaar. Wij zijn tegen dit
amendement
De heer GEENE: Op enkele opmerkingen van de
heer Houben wil ik reageren. Hij heeft een zeer
interessant betoog gehouden, dat mijns inziens
vol tegenstrijdigheden zat. Eén van zijn opmer
kingen was dat er in de randstad geen ruimte is
en dat men daar niet kan wonen, maar daar gaat
het mij niet in de eerste plaats om. De heer Hou
ben heeft gezegd dat er werkgelegenheid uit Neder
land verdwijnt. Naar aanleiding daarvan wil ik
hem eraan herinneren dat ik door zijn federatie
genoten de heren Brummelkamp en Welschen bij het
verschijnen van de knelpuntennota van het stads
gewest juist op dit punt werd aangevallen en dat
de nota in dit verband "gekleurd" werd genoemd.
De heer Houben heeft nu dus een correctie aange
bracht en toegegeven dat ik naar aanleiding van
de knelpuntennota van het stadsgewest terecht op