14 OKTOBER 1976 1477 De heer HOUBEN: Wij voelen er toch veel voor het amendement te handhaven. Het gaat om inspraak en dan is het goed zo breed mogelijk informatie te verschaffen. De VOORZITTER: Over het zakelijke gegeven dat de notulen worden toegezonden zijn wij het eens. De heer Ten Wolde heeft betoogd dat een toezegging van het college, inhoudende dat de notulen zullen worden toegezonden, voor de raad voldoende zou kunnen zijn, zodat het overbodig zou worden een en ander in het besluit vast te leggen. De heer Houben daarentegen pleit voor vastlegging in het besluit. De heer HOUBEN: Inderdaad. De VOORZITTER: Het amendement wordt derhalve gehandhaafd en zal in stemming worden gebracht. De heer TEN WOLDE: Wij zijn inmiddels tot de conclusie gekomen dat wij het niet nodig achten hierover een stemming te houden. Het amendement nr2 van de heer Houben cs wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming aan genomen De VOORZITTER: Thans is aan de orde de be slissing over amendement nr. 3. De heer VAN DUIJL: Ik zou graag een stemver klaring willen afleggen. Wij kunnen de poging van de heer Houben om dichterbij te komen waarde ren, maar ook de gewijzigde tekst is voor ons niet acceptabel De heer TEN WOLDE: Wij zijn tegen dit amen dement op grond van dezelfde verklaring als ik bij het eerste amendement heb gegeven.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1477