14 OKTOBER 1976 1499 zijn afhankelijk van de subsidiekraan van de staatssecretaris. Op dit moment kunnen wij niet tot een besluitvorming overgaan waarbij wij rechts of links uit de flank gaan. De heer TEN WOLDEIk wil nog even iets over de motie zeggen. Wij kunnen niet met deze motie meegaan, omdat daarin wordt uitgesproken dat er zo veel mogelijk panden in de binnenstad moeten wor den aangekocht. Daarbij wordt dus gedoeld op het hele gebied van de binnenstad en in de vergadering van maart hebben wij ons heel duidelijk op het standpunt gesteld dat moet worden gestreefd naar een versterking van de woonfunctie in de periferie rond de citykern. De heer VAN BANNING: Ik meen dat de motie al leen al om technische redenen niet uitvoerbaar is, aangezien het hierbij gaat om de begroting-1976 van het grondbedrijf en niet om de begroting van een woonbedrijf. Wij kunnen dan ook niet met de motie meegaan. Mevrouw PAULUSSEN: Wij willen de motie op dit moment intrekken en haar aanhouden. Wellicht zul len wij haar bij de begroting opnieuw aan de orde stellen De motie, ingetrokken zijnde, maakt geen on derwerp van beraadslaging meer uit. Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders besloten, 15. bijlage nr. 311 VOORSTEL VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS TOT HET BESCHIKBAARSTELLEN VAN EEN KREDIET VOOR HET UITVOEREN VAN BAGGERWERKZAAMHEDEN IN DE KROUWELAARHAVEN EN EEN GEDEELTE VAN DE RIVIER DE MARK (D)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1499