14 OKTOBER 1976 1501 Hiermee hangt de hele problematiek van de verbreding en verbetering van het Mark-Wilhèlmi- nakanaal samen, waaromtrent de raad inderdaad in 1966 een besluit heeft genomen. Telkenjare wordt men geconfronteerd met het merkwaardige feit dat in het budget van openbare werken een krediet van 1,5 miljoen beschikbaar blijft, waarvan de ka- pi taalslasten in het budget zitten; dat krediet wordt van jaar tot jaar overgeboekt. Overigens wil ik even een misverstand wegnemen, want wij betalen geen kwart van de werkzaamhedenmaar één- vierentwintigste deel, conform de afspraken met het rijk, de provincie en Oosterhout; het daarbij behorende bedrag is echter al hoog genoeg. De heer VAN BANNING; We betalen nog niets! Wethouder VAN DUN; Wij reserveren alleen nog maar Tot op heden zijn noch door rijkswaterstaat noch door provinciale waterstaat declaraties naar Breda gezonden, wat het college zeer verontrust. Dit heeft in het voorjaar van 1976 tot een actie vah de gemeente Breda geleid in die zin dat wij gedeputeerde staten, die de kosten aan ons door berekenen hebben gevraagd of er op dit punt eindelijk eens duidelijkheid kan komen. In juni van dit jaar heeft er onder leiding van de gede puteerde Brokx een bespreking in dit stadhuis plaatsgevonden waarbij de gemeentebesturen van Breda en Oosterhout waren vertegenwoordigd. Ik moet u zeggen dat op dat moment geenszins duide lijk is geworden waar wij nu precies staan, maar de gedeputeerde Brokx heeft toegezegd dat er een ambtelijke werkgroep zal worden ingesteld die de gewenste duidelijkheid moet verschaffen. Het is echter jammer dat dat initiatief tot nu toe nog niet in vruchtbare bodem is gevallen, want de werkgroep is nog niet geïnstalleerd. Er is drif tig aan het Mark-Wilhelminakanaal gewerkt en er rusten bepaalde verplichtingen op de gemeente

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1501