14 OKTOBER 1976 1513 pand te verkopen. Door allerlei omstandigheden liepen echter de adviezen van financiën en openba re werken nogal uiteen, Er is bijna vier jaar overheen gegaan alvorens men het pand kon verkrij gen en daarom kan ik alleen maar zeggen dat het zo langzamerhand tijd werd, Er zou ook sprake zijn van de klok terugdraaien als wij een pand dat al zeer lang als winkel wordt gebruikt plotseling een andere bestemming zouden geven, want dat stelt de heer Oomen voor die er namelijk een woonpand van wil maken. De heer OOMEN: Dat heb ik niet gezegd. Ik heb gezegd dat het pand niet nu moet worden verkocht, maar dat straks in een totaal kader moet worden bekeken wat met de gemeentepanden moet worden ge daan. Misschien zullen wij dan toch tot de conclu sie komen dat het pand een winkelfunctie moet be houden, maar ik wil daar nu niet op vooruitlopen. De heer VAN ASSELDONK: Je kunt mensen toch niet zo lang laten wachten? Ik vraag mij zelfs af of zij geen rente moeten krijgen over het geld dat zij op 6 juni 1974 hebben gestort. Overigens heeft de heer Oomen de stukken blijkbaar niet goed gelezen, want de taxatiewaarde was 35.000,en het verschil in waarde betrof alleen de uitkoopsom die men aan de vorige eige naar had betaald; de afdeling financiën heeft die bij de waarde van het pand gevoegd. Mijn fractie kan er wel mee instemmen dat te zijner tijd eens aan de hand van concrete voor beelden wordt bekeken in hoeverre er wordt gespe culeerd, Wij geloven nog niet dat daarvan sprake is, maar wij zijn wel van mening dat speculatie moet worden tegengegaan. De subsidies die men voor het opknappen van een pand krijgt liggen ver onder de eigenlijke kosten die men daarvoor maakt en wij menen dan ook niet dat die tot speculatie uitnodi gen. Zo dat wel het geval is zullen daarvan wel licht al voorbeelden bekend zijn.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1513