9 NOVEMBER 1976. 1572 verstedelijkingsnota en de gevolgen voor West-Bra bant zal een duidelijke relatie moeten worden getrokken met zaken als werkgelegenheid, de kwa liteit van het leefmilieu en de verkeersgeleiding. 3. Gestreefd moet worden naar eenheid van op vatting over de verstedelijkingsnota op het West brabants niveau. De provincie Noord-Brabant heeft reeds op 22 september j.l. een zeer uitvoerig me morandum inzake de verstedelijkingsnota aan de pro vinciale staten aangeboden. Discussies daarover hebben kortgeleden in de staten plaatsgevonden. Al gemene teneur van het provinciale standpunt is toch wel dat men zich ten opzichte van de voorge stelde overloop vanuit de randstad op korte ter mijn negatief en op de wat langere termijn terug houdend opstelt. Deelt het college dit standpunt globaal? Zonder uitvoerig terug te willen komen op de afspraken die we vorige maand in deze raad hebben gemaakt, vragen wij ons toch af of een meer gesprei de discussie over de verstedelijkingsnota in deze raad maar ook daarbuiten de kwaliteit van de me ningsvorming en besluitvorming niet positief zou kunnen beïnvloeden. Natuurlijk, uiteindelijk zullen de beslissingen moeten worden genomen in het brede re kader van het structuurplan voor het stadsgewest en in het kader van het streekplan voor West-Bra bant, maar naar het zich laat aanzien zal dat nog wel een paar jaar duren, vooral als we naar het streekplan voor West-Brabant kijken. Daarom zou het nuttig kunnen zijn om, bijvoorbeeld op een wijze zoals de provincie dat heeft gedaan, op niet al te lange termijn een debat te hebben over de algemene aspecten van de verstedelijkingsnota. In de tweede plaats wil ik, sprekend over de ruimtelijke ordening, iets zeggen over de verkeers situatie rondom Breda. Aangezien de wegenstructuur ten noorden van Breda één van de belangrijke rand voorwaarden vormt bij de planning van de Haagse Beemden, is het toch langzamerhand onaanvaardbaar dat hier door andere overheden geen duidelijkheid

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1572