9 NOVEMBER 1976. 1602 economische situatie blijkt dat met nog meer pijn en onrechtvaardigheid dan in economisch betere tij den. Op het gebied van de werkgelegenheid zijn zeer velen afhankelijk van en overgeleverd aan het be slissingsrecht van zeer weinigen. De vrije onderne mingsgewijze produktie en de vrije dienstverlening blijken steeds meer de wortel te zijn van alle kwaad. Ook op plaatselijk gebied kunnen we ons daar moeilijk van af maken door alleen de problemen te onderkennen. We zullen ook in Breda onze nek moeten durven uitsteken om werkelijk verbeteringen aan te brengen. Ook in Breda heeft het vrije spel der econo mische krachten een competitiestrijd tot gevolg die over de ruggen van en ten koste van de arbei ders wordt uitgevochten. Dit wordt steeds meer een onaanvaardbaar gegeven. We denken hierbij aan de Etna met moedervestiging waarbij dingen zijn gere geld die onaanvaardbaar zijn, aan Molenschot en aan de Enka waar nu weer langs sluipwegen dingen worden doorgevoerd die op het eerste gezicht eigen lijk niet te rijmen waren. De plaatselijke overheid zal zich naar onze mening steeds meer moeten richten op het meesturen van het economisch leven, een en ander aansluitend op de snelle maatschappelijke veranderingen. Concre te maatregelen zullen genomen moeten worden om de wurgende concurrentie met ernstige gevolgen voor het maatschappelijk gebeuren uit te sluiten. Breda kan daar zijn bijdrage aan leveren. Het verlenen van financiële en technische hulp aan de bedrijven die daar behoefte aan hebben, is een mogelijkheid. Er moeten initiatieven worden genomen om te komen tot een verbetering van de werkgelegenheidssituatie door positief mee te werken aan activiteiten die op zichzelf een landelijk karakter dragen maar die ook plaatselijk kunnen doorwerken, zoals: - het herverdelen van de arbeid; - een rechtvaardige inkomensverdeling; - een herwaardering van de factor arbeid. Door de samenwerking in Breda van overheid en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1602