5 FEBRUARI 1976
162
Paulussen inzake de correspondentie tussen de direc
teur openbare werken en de afdeling financiën naar
ik meen reeds beantwoord. De gevraagde informatie
zal beschikbaar komen.
Mevrouw PAULUSSEN: Mag ik ook nog een uitdruk
kelijk antwoord horen inzake het overleg met de co
mité 's, in het bijzonder het comité-Chassébuurt dat
al drie brieven heeft gestuurd?
Wethouder VAN DUN: Nou breekt mijn klomp! In
eerste instantie heb ik gezegd dat het bespreekbaar
maken in de commissies met name is bedoeld om het
overleg te kunnen plegen. In haar repliek heeft me
vrouw Paulussen gezegd dat zij met die toezegging
erg blij is en nu moet ik de toezegging in derde in
stantie nog eens herhalen. De bedoelingen zijn dui
delijk, ik heb het gezegd en het staat in de notu
len
Mevrouw PAULUSSEN: Ook ik dacht dat u het had
gezegd, maar er was onduidelijkheid want sommigen
hadden het anders opgevat. U zegt dus duidelijk dat
u overleg pleegt met de comité's.
Wethouder VAN DUN: Dat heb ik nu voor de vier
de keer gezegd!
De heer Van Asseldonk en zijn kornuiten zitten
gewoon wat moeilijk te doen.
De heer VAN ASSELDONK: Dat vind ik vergaand.
Wij zouden wat moeilijk zitten te doen, terwijl de
wethouder heeft gezegd dat wij het kunnen hebben zo
als wij het willen!
Wethouder VAN DUN: Hupsakee!
Misschien heb ik enigszins spontaan gezegd dat
men het kan krijgen zoals men het wil, maar nu dient
de politieke fractie van de heer Van Asseldonk een
duidelijke keuze te doen. Men kan kiezen voor een
in Breda te voeren beleid, waarbij de kwaliteit van
woningen wordt beoordeeld en waarbij op basis van
die kwaliteitsbeoordeling besluiten worden genomen