1635
9 NOVEMBER 1976.
proces een reactie op de sociale controle in de
dorpen was. We hebben geen tijd meer voor elkaar,
alle energie is gericht op het geld verdienen, in
welke functie dan ook.
We merken dat er zelfs taalverschillen zijn
binnen het Nederlands taalgebied. We verstaan el
kaar niet meer, ook niet in de raad. Ik geloof dat
hier een taak ligt voor de christelijke politiek.
De naastenliefde zal opnieuw moeten worden gepreekt,
zij het misschien met andere woorden en met andere
methoden. Samen voor elkaar verantwoordelijk zijn
en zich samen verantwoordelijk voelen, daar komt
het op aan en daar zal iets aan moeten worden ge
daan; we zullen daarbij niet moeten wachten tot
dat alles gelijk is getrokken.
De heer Geene heeft gezegd: "In de vroegere
situatie werd in deze sectorhij bedoelt
de welzijnssector door heel veel mensen
alle vrije tijd gestoken, onbetaald, louter uit
innerlijke bewogenheid. Die tijd schijnt nu voor
bij te zijn. De vrijwilligers zijn of worden ver
vangen door beroepskrachten. Het moet allemaal
professioneler. Wij vinden het jammer dat het zo
moet." Ik ben van mening dat het NIET zo moet. Ik
geef toe dat er een tijd is geweest dat het die
kant uit dreigde te gaan, maar ik meen te kunnen
constateren dat de tendens weer aan het veranderen
is en dat we gelukkig toch weer over veel vrijwil
ligers kunnen beschikken. Ik heb voor hen de groot
ste waardering en laat niet na dat op gezette tij
den en op de juiste plaats te laten merken. Vrij
willigerswerk is naar mijn mening solidariteit in
optima forma.
Vrijwilligerswerk is ook om financiële rede
nen nodig. Ik vind het alleen triest dat ook hier
eerst de financiële onmogelijkheden moeten blijken
voordat men tot de juiste principes terugkeert.
In dit verband heeft de heer Geene gevraagd
of er nog meer mogelijkheden zijn dan nu al worden
benut. Ik meen dat dit inderdaad het geval is. Door
de vele en in organisatorisch opzicht sterk ver-