1655 9 NOVEMBER 1976. en dat we van de gemeenteraad een beslissing ter zake zullen vragen, welke beslissing op verzoek van gedeputeerde staten voor volgend jaar januari is toegezegd. Het enige lichtpunt lijkt te zijn dat het provinciaal bestuur onder de druk van de dis cussie bereid is in de Bieberglaan een voetgangers- en fietserstunnel aan te leggen onder het door de provincie geprojecteerde tracé. De heer Dees heeft ook de kwestie van het eigen-woningbezit aan de orde gesteld. Hij heeft erop gewezen dat ik in 1975 heb gezegd dat voor Breda een percentage van 30 geldt en in verband met het niveau van het landelijk percentage bij na 40 heeft hij gevraagd hoe de verhoudingsge tallen in het algemeen liggen. Het eigen-woning bezit maakte per teldatum 1975 inderdaad 30 uit, terwijl het percentage per teldatum 1976 33 bedroeg. In het kader van de vraagstelling van de heer Dees kan men zich afvragen wat er te zijner tijd in de Haagse Beemden zal gebeuren wanneer de gemeenteraad de gedachtengang van het college voor dat gebied volgt. Welnu, voor de Haagse Beemden zal men reke ning moeten houden met 30 bouw in de vrije sector en 25 bouw in de premieverkoopsectorzodat het percentage verkoopwoningen op 55 komt te liggen. Ik laat in het midden of we daar al dan niet blij mee moeten zijn en ik wijs erop dat een deel van het college nog steeds met de problematiek van het afstoten van eigen gemeentelijk woningbezit wor stelt. Iets dergelijks geldt ook voor de woning bouwverenigingen. Ik meen dat het eigen-woningbezit, waaraan ook mijn fractie belang hecht, een goede zaak is, mits wij het blijven afwegen tegen de huis vestingsproblematiek en de woonnood die we in Bre da kennen; in het bijzonder denk ik dan aan de be schikbaarheid van eengezinswoningenIk heb de raad toegezegd mevrouw Paulussen heeft daarover een vraag in de commissie gesteld dat ik, zodra wij op basis van cijfers duidelijke aanwijzingen hebben dat de verkoop van woningwetwoningen frustrerend voor het huisvestingsbeleid zou zijn, een en ander

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1655