9 NOVEMBER 1976.
1670
waardige scheiding der geesten te constateren tus
sen de commissieleden van C.D.A. en V.V.D. eherzijds
en P.v.d.A./P.P.R. anderzijds, die dit college ter
zake adviseren. Ondanks vallen en opstaan en
misschien wel wederom vallen is er bij de eerst-
genoemden erkenning voor de bereidheid van de muziek
school, van het archief, van de schouwburg, van de
Beyerd en van de bibliotheek tot het bijstaan van
de amateurwereld door middel van advies, begeleiding
en service. Ter andere zijde is het wantrouwen je
gens dit college en deze wethouder zó groot, dat
het zich vaak uitstrekt tot alle betrokkenen die
in dit proces een rol spelen.
De begroting van de sector cultuur - dat geldt
voor alle deelbegrotingen van dit college is niet
een voortbrengsel van een stel handige, goedgebek-
te, gladde politici. Zij is het resultaat van wikken
en wegen, van overleg en hernieuwd overleg. Als wet
houder van cultuur draag ik de verantwoordelijkheid
voor dit onderdeel van de begroting, maar ik teken
ervoor omdat ik weet dat er een team van mensen ach
ter die begroting staat en dat wij in het overleg
de accenten hebben gelegd waar ze naar onze mening
thuishoren
Een ander voorbeeld zoek ik in de sfeer van de
permanente educatie, omdat ook de heer Crul daar een
opmerking over heeft gemaakt. Dit onderwerp heeft
veler belangstelling en maakt door zijn gecompli
ceerde karakter bepaald geen oplossing op stel en
sprong mogelijk. Integendeel: permanente educatie
kan alleen verder gestalte krijgen wanneer velen be
reid zijn hun schouders eronder te zetten. Binnen
het college heeft dit onderwerp de speciale aandacht
van de wethouder van onderwijs en ondergetekende.
In de ambtelijke advisering participeren naast de
sectoren onderwijs en cultuur ook de sector maat
schappelijke dienstverlening, de dienst jeugd en
sport en de C.B.A. Interimrapportage is voorge
legd aan vier commissies uit deze raad. Daarnaast
hebben vele anderen hun mening geformuleerd. Een
en ander belet de heer Crul niet thans reeds op te