11 NOVEMBER 1976. 1693
(Middag)
de raad een uitspraak willen vragen. De overwegin
gen hiervoor heb ik globaal al aangegeven. In het
dictum van mijn motie wordt het college uitgenodigd
het eigen woningbezit binnen Breda met kracht te
bevorderen zonder dat dit evenwel het voeren van
een sociaal verantwoord woningbeleid mag uitslui
ten, terwijl in de tweede plaats wordt gesteld
dat zoveel mogelijk dient te worden bevorderd dat
ook de woningbouwcorporaties binnen de grenzen van
de betreffende rijksregelingen tot verkoop van de
len van hun woningbestand aan de bewoners overgaan.
In de derde plaats nodig ik het college uit in de
loop van het komend jaar een nota over deze pro
blematiek aan de raad aan te bieden. De motie is
mede ondertekend door de heren Geene, Van Assel-
donk en Taks.
De motie luidt als volgt:
"De Raad der gemeente Breda in vergadering
bijeen op 11 november 1976,
gehoord de beraadslagingen over de gemeente
begroting voor het dienstjaar 1977,
overwegende dat aan het eigen woningbezit grote
voordelen zijn verbonden,
kennis genomen hebbende van het streven van
de regering om te bevorderen dat binnen vijf
tien jaar twee-derde van de woningen eigendom
van de bewoners zal zijn,
van oordeel dat het percentage eigen woning
bezit in Breda laag is te achten,
voorts van oordeel dat het bereiken van de
door de regering doelsteling staat of valt
met de medewerking van de gemeente en woning
bouwcorporaties
nodigt het college uit:
a. het eigen woningbezit binnen Breda met
kracht te bevorderen, zonder dat dit even
wel het voeren van een sociaal verantwoord
woningbeleid mag uitsluiten;
b. te bevorderen dat ook de woningbouwcorpo
raties, binnen de grenzen van de betreffende