11 NOVEMBER 1976. 1743 (Middag) zogenaamde koppelbazen en de werkgevers, die eigen lijk misbruik maken van de zwakte die in elke mens aanwezig is, eveneens te pakken. In feite zouden zij anders degenen zijn die er materieel gezien ik zeg met nadruk "materieel gezien" veel rij ker van worden. Overigens moeten wij ons niet ont veinzen dat, als wij beginnen met het aanpakken van de koppelbazen en de werkgevers, daarmee ook meteen de anderen die misbruik maken zouden vinden. In feite is het dus min of meer lood om oud ijzer, maar in ieder geval hebben degenen die in nood ver keren er recht op dat aan hun recht goed gestalte wordt gegeven. Tenslotte een enkel woord over de B.S.W. Ook hier wordt hard en goed gewerkt. Met veerkracht heeft men de gevolgen van de brand praktisch over wonnen, maar ook hier worden de slechte economische mogelijkheden met betrekking tot passende werkgele genheid merkbaar. Wij hopen dat de directie en de medewerkers erin zullen slagen blijvend passende arbeid te vinden. Eén van de doelstellingen is naar ik heb begrepen het bevorderen van plaatsing van mensen in het zogenaamde vrije bedrijf, maar de be langrijkste doelstelling zou mijns inziens wel eens künnen worden het deze mensen verschaffen van pas sende werkgelegenheid en dan zullen wij ons naar mijn mening moeten afvragen of wij dat wel van het vrije bedrijfsleven mogen en kunnen vragen. Namens het C.D.A. wil ik evenals het vorig jaar ook nog eens wijzen op een ander groot probleem, namelijk op het probleem van de mensen die graag in detacheringsobjecten worden opgenomen maar die dan in feite nog geen volwaardige erkenning ontvan gen. Dit geeft bovendien een vertekend beeld van wat nu in feite wel of niet kan op de plaats waar zij zijn te werk gesteld. De aandacht die wordt besteed aan de vorming van jeugdigen is ik ervaar dat van zeer dicht bij zonder meer goed te noemen. Ervan uitgaande dat de arbeid ook hier schaars zou kunnen worden pleiten wij als C.D.A. voor een ontwikkeling van

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1743