11 NOVEMBER 1976. 1749
(Middag)
ook informatie over allerlei dingen. Om een enkel
voorbeeld te noemen: dat de psycholoog die bij de
B.S.W. in de begroting 1976 zat wordt overgeheveld
naar een andere dienst horen wij pas bij de begro
ting 1977. De hele herstructurering van het opbouw
werk kwam op een te laat tijdstip, de informatie
over de Stichting Werkzoekenden voor Werkzoekenden
en het werk dat de gemeentelijke sociale dienst ten
aanzien hiervan doet eveneens. De lijdensweg met
betrekking tot het woonwagencentrum behoef ik hier
niet te herhalen hoe lang heeft het niet geduurd
voordat wij dat eindelijk kregen! Tussen haakjes
wil ik hierbij nog opmerken, dat de toezegging
was gedaan dat de leden van de commissie maatschap
pelijke dienstverlening zouden worden uitgenodigd
voor de vergadering over de gemeenschappijke rege
ling, hetgeen niet is gebeurd. Ook het opnamebeleid
voor bejaarden is veel te laat in de commissie aan
de orde gekomen gekomen, het uiteindelijke advies
heeft de commissie nog steeds niet bereikt en de
commissie heeft er dan ook nog niet over kunnen
praten
In antwoord op de algemene beschouwingen is
van de zijde van het college gezegd, dat u met ge
deputeerde staten over de ziekenhuissituatie zult
gaan praten, maar alvorens dat te doen zult u naar
mijn mening hierover ook in de commissie moeten
praten tot nu toe is er alleen maar informatie
verstrekt om te horen wat de commissie in dit
opzicht voor wensen heeft.
U zult begrijpen dat ik nu niet spreek over
hetgeen eventueel door ambtenaren wel of niet goed
wordt gedaan, want dat is niet mijn zaak. Het gaat
hierbij om een politieke kwestie, om de vraag hoe
serieus de gemeenteraad, als hoogste bestuursorgaan
in de gemeente, door dit college wordt genomen en
hoe serieus burgemeester en wethouders ook de com
missieleden nemen. Denkt dit college dat wij potte-
kijkers, hinderlijke dwarsliggers zijn of ziet u ons
als werkelijke meedenkers over het bestuur, die in
derdaad serieus worden genomen? In dit kader wil ik