1764 11 NOVEMBER 1976. (Middag) uitbreiding moet plaatsvinden öf men wordt verwezen naar andere portefeuillehouders. Wij zijn van mening, evenals de heer Eissens, dat burgemeester en wet houders centraal het personeelsbeleid dienen aan te geven. In de begroting is ook een bedrag van 120.000,gevoteerd voor uitbreiding van perso neel, maar over de bestemming van dit geld moet nog een beslissing worden genomen, zoals ons althans is verteld. De federatie van fracties van P.v.d.A. en P.P.R. heeft zoals u weet een voorstel ingediend tot het van de post voor personeelsuitbreiding af voeren van een bedrag van 60.000,welke 60.000,wij dan, gelet op één van onze priori teiten, zouden willen bestemmen voor het aanstellen van twee inspraakfunctionarissen, één voor begelei ding van de inspraak inzake de binnenstad en één voor begeleiding van de inspraak ten aanzien van de Haagse Beemden. Bij de sector algemene zaken zal deze kwestie door ons nog verder worden uitgespit, maar de noodzaak van 'hetgeen wij hierbij als prio riteit stellen is bij schrijven van 26 mei jl. aan u bekend gemaakt en wij willen nu graag een hierop betrekking hebbend amendement indienen. Het amendement van de heer Dreef c.s. luidt als volgt: "De ondergetekende, C.J. Crul, lid van de ge meenteraad; gelet op het bepaalde in artikel 25 van het reglement van orde voor de vergaderingen van de gemeenteraad Breda; in aanmerking nemende, dat de behandeling van de ontwerp-gemeentebegroting voor het dienst jaar 1977 in de gemeenteraadsvergaderingen van 9, 11 en 12 november 1976 hem aanleiding geeft tot het indienen van een amendement; voorts verwijzende naar de beraadslagingen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1764