1772 11 NOVEMBER 1976.
(Middag)
stadsgewest, hetzij provinciale staten of g.s. zelf
Zo ligt op het ogenblik de situatie ten aanzien van
de centrale ambulancepost.
Met betrekking tot de sector sociale zaken
heeft de heer Van Dongen een filosofie ontvouwd
zonder veel concrete vragen te stellen. Ik behoef
die filosofie mijns inziens niet te herhalen, zij
wordt gewoon door mij onderschreven. Op de kwestie
van de Stichting Werkzoekenden voor Werkzoekenden
waarover ook door anderen vragen zijn gesteld, zal
ik straks nog nader ingaan.
De sociale recherche schijnt toch een moeilijk
onderwerp te zijn. Nu verspreek ik mij overigens
ook zelf weer, want ik heb helemaal geen sociale
recherche in mijn hoofd, maar sociaal bijzonder
onderzoek. Van verschillende kanten zijn ter zake
juiste opmerkingen gemaakt, het zijn niet alleen
sommige werknemers die in dit vlak de fouten begaan
het zijn met name ook de koppelbazen en verschillen
de werkgevers die van' de sociale wetgeving een
verkeerd gebruik maken. Sinds ik mij enigermate met
deze materie bezighoud is het mij echter duidelijk
geworden hoe moeilijk het is in dezen een poot te
hebben om op te staan. De heer Oomen heeft naar ik
meen gezegd dat hij tegen sociaal bijzonder onder
zoek is en in ieder geval dat meen ik althans
begrepen te hebben tegen de opsporingsbevoegd
heid. Dezelfde wethouder van socialistische huize
van een grote gemeente, die mij heeft overgehaald
hieraan te beginnen, heeft erbij gezegd
De heer OOMEN: Het is natuurlijk leuk als u
telkens een partijgenoot van ons aanhaalt, maar dan
moet u bij alle wethouders navraag gaan doen en u
zoudt bijvoorbeeld ook eens kunnen luisteren naar
socialisten in deze raad.
Wethouder DE RAAFF: Het wordt wel moeilijk
als elke socialist er een andere mening opna houdt!
De heer OOMEN: Dat gebeurt bij het C.D.A. ook.'