1841 11 NOVEMBER 1976 (Avond) gemeenten staat Breda op dit gebied knap aan de kop, maar dat is wel een bedenkelijk koploperschap Refererend aan de uitspraken van de wethouder van economische zaken zou ik u willen vragen wat u probeert te doen. Wat zijn de mogelijkheden van uw college om onder andere de verkapte detailhan del een halt toe te roepen? Professor Bak spreekt in zijn artikel niet alleen over het midden- en kleinbedrijf, maar ook over de gehele verzorgende sector waartoe hij eveneens schouwburgen, café's, postkantoren, vrije tijdscentra e.d. rekent. Hij haalt daarbij aan dat al die instellingen hun be zoekersaantal zien teruglopen, hetgeen door schaalvergroting en een slechte bereikbaarheid wordt veroorzaakt. Hij zegt dat wij straks prach tige autovrije binnensteden hebben, doch een zwaar gehavend winkelapparaat. Met het verdwijnen van winkels verdwijnt ook een stuk gezelligheid en le ven. Wij moeten oppassen dat wij het kind niet met het badwater weggooièn. Moeders met kinderen, die veel boodschappen moeten sjouwen, zullen de bin nensteden meer gaan mijden als deze moeilijk be reikbaar zijn. Dit is een waarschuwing die wij wel degelijk ter harte moeten nemen. Bij de binnen stadsplanning, ook in de diverse wijken, hoort het autovrij maken van de centra. Ook daarbij moet de grootste voorzichtigheid in acht worden geno men. Autovrij is interessant voor een winkelappa raat, maar de bereikbaarheid is voor de winkels van levensbelang en wat heeft bereikbaarheid voor zin zonder voldoende parkeergelegenheid? Dit geldt niet alleen voor de binnenstad, maar ook voor de wijkcentra. Dit zijn slechts enige van de proble men die bij het midden- en kleinbedrijf een rol spelen. Ik heb reeds gezegd dat er nogal wat leeft dat er nogal wat vraagstukken zijn in de binnen stad, in de buitenwijken en straks ook in de Haag se Beemden als het gaat om de verzorgende functie. Ik ben mij ervan bewust dat de grens tussen eco nomische aspecten en aspecten van ruimtelijke or dening moeilijk te trekken is, maar ik vraag mij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1976 | | pagina 1841